Zorginstituut komt najaar 2016 met advies over fysiotherapie in basispakket

De opbrengst van de eventuele opneming van gesuperviseerde oefentherapie bij claudicatio intermittens in de basisverzekering bedraagt € 21,5 miljoen op jaarbasis.

3151

[Samenvatting] Rapport gesuperviseerde oefentherapie bij claudicatio intermittens

In dit rapport beantwoorden wij de vraag of gesuperviseerde oefentherapie bij claudicatio intermittens voldoet aan de stand van de wetenschap en praktijk en brengen wij de mogelijke substitutie-effecten van de eventuele opneming van deze interventie in de basisverzekering in beeld. We zien vooralsnog af van een toetsing aan de pakketcriteria noodzakelijkheid en uitvoerbaarheid, omdat dat deel van de beoordeling vooruit loopt op de advisering over de inrichting van de (integrale) te verzekeren prestatie fysio- en oefentherapie.

- tekst gaat verder na deze advertentie -


FysioVacature, de vacaturesite voor de fysiotherapeut

De minister van VWS heeft het Zorginstituut gevraagd een drietal adviezen uit te brengen over de substitutiemogelijkheden bij fysiotherapie. Het gaat, naast de gesuperviseerde oefentherapie bij claudicatio intermittens (advies voor 1 april 2016), om een advies over een verstandige, zinnige en zuinige inrichting van de (integrale) te verzekeren prestatie fysio- en oefentherapie (advies na de zomer van 2016) en om een advies over de vergoeding vanuit de basisverzekering van de eerste behandelingen fysiotherapie bij artrose van heup en knie, reumatoïde aandoeningen en hernia met motorische uitval (advies begin 2017).

Wij concluderen dat gesuperviseerde oefentherapie ten opzichte van niet-gesuperviseerd oefenen als effectieve behandeling kan worden beschouwd bij claudicatio intermittens. Gesuperviseerde oefentherapie bij patiënten met claudicatio intermittens voldoet aan de stand van de wetenschap en praktijk.

Op basis van de onderzochte literatuur en de meta-analyses kunnen we geen harde conclusies trekken over de meest optimale vorm en duur van gesuperviseerde oefentherapie bij patiënten met claudicatio intermittens. Echter, in de KNGF-richtlijn is een onderbouwd voorstel gedaan voor een behandelschema met een range van 29-46 behandelingen, dat de ruimte biedt aan de professional om de patiënt in een afgebakende periode te ondersteunen in het bereiken van de gestelde behandeldoelen en zelfmanagement te bevorderen.

Daarom concludeert het Zorginstituut dat effectieve gesuperviseerde oefentherapie bestaat uit 29-46 behandelingen verspreid over een jaar, waarbij de behandeldoelen zoals beschreven in de KNGF-richtlijn worden nageleefd. Na een intensieve(re) startperiode van gesuperviseerde oefentherapie, wordt de behandelfrequentie geleidelijk afgebouwd, met als doel uiteindelijk te komen tot een zelfstandige voortzetting van het oefenen. Gelet op de patiëntengroep, zal de afbouw van de behandelfrequentie niet voor iedereen gelijk zijn. Het is daarom van belang bij de eventuele opneming van deze interventie in de basisverzekering een zekere flexibiliteit in de afbouw van de behandelfrequentie te borgen.
Voor de raming van de (theoretische) subtitutie-effect hebben wij rekening gehouden met gemiddeld 37 behandelingen gesuperviseerde oefentherapie. Tegenover de kosten die gemoeid zijn met het eventueel opnemen van deze interventie in de basisverzekering, staat een grotere kostenbesparing door de afname van de kans op een invasieve behandeling en door het eventueel schrappen van de aandoening claudicatio intermittens (Fontaine 2) van de zogenoemde chronische lijst.

De opbrengst van de eventuele opneming van gesuperviseerde oefentherapie bij claudicatio intermittens in de basisverzekering bedraagt € 21,5 miljoen op jaarbasis.

In welke mate deze opbrengst ook daadwerkelijk wordt gerealiseerd, is mede afhankelijk van de wijze waarop aan de gesuperviseerde oefentherapie in de regelgeving en in de uitvoeringspraktijk vorm en inhoud wordt gegeven.

Zoals hiervoor aangegeven, brengen wij eind 2016 een advies uit over (her)inrichting van de (integrale) te verzekeren prestatie fysio- en oefentherapie. Dat advies zal ook effect hebben op de interventie gesuperviseerde oefentherapie bij claudicatio intermittens.