Het onderzoek, uitgevoerd door het Nivel, heeft gekeken naar hoe mensen met een chronische ziekte omgaan met hun aandoening. Specifiek werd gekeken naar de verschillen in zelfmanagement tussen verschillende leeftijdsgroepen en hoe de ernst van de aandoening hierbij een rol speelt. Zelfmanagement houdt in dat mensen zelf actief bezig zijn met het beheren van hun ziekte, bijvoorbeeld door medicijnen te gebruiken, een gezond leefstijl te hebben en om te gaan met de emotionele gevolgen van de ziekte.
Wat zijn de belangrijkste bevindingen?
Verschillen tussen leeftijdsgroepen: Jongere mensen met een chronische ziekte (18-39 jaar) scoren significant lager op bepaalde aspecten van zelfmanagement in vergelijking met oudere groepen. Zo hebben ze meer moeite met het consequent gebruiken van medicijnen en behandelingen en vinden ze het lastiger om een gezonde levensstijl te behouden.
Invloed van de ernst van de aandoening: Er zijn geen significante verschillen gevonden tussen verschillende ernstgraden van de aandoening als het gaat om het omgaan met de sociale gevolgen van de ziekte. Dit betekent dat zowel mensen met een lichte als een ernstige chronische ziekte evenveel moeite kunnen hebben met het onderhouden van sociale contacten.
Wat betekent dit?
De resultaten van dit onderzoek laten zien dat zelfmanagement niet voor iedereen even makkelijk is. Leeftijd speelt hierbij een belangrijke rol. Jongere mensen met een chronische ziekte hebben mogelijk meer ondersteuning nodig bij het ontwikkelen van goede zelfmanagement vaardigheden. Daarnaast is het belangrijk om te erkennen dat zowel fysieke als sociale aspecten van een chronische ziekte een grote impact kunnen hebben op het leven van mensen.
Wat zijn de implicaties voor de zorg?
- Individuele begeleiding: Zorgverleners kunnen door middel van gesprekken en educatie jongere mensen met een chronische ziekte helpen om betere zelfmanagement vaardigheden te ontwikkelen.
- Aandacht voor sociale aspecten: Naast de fysieke gevolgen van een chronische ziekte, is het belangrijk om ook aandacht te besteden aan de sociale impact. Zorgverleners kunnen mensen met een chronische ziekte helpen om hun sociale netwerk te behouden en te versterken.
- Meer onderzoek: Er is meer onderzoek nodig om de verschillen in zelfmanagement tussen verschillende groepen mensen met een chronische ziekte beter te begrijpen.
Conclusie
Dit onderzoek onderstreept het belang van zelfmanagement bij mensen met een chronische ziekte. Door inzicht te krijgen in de factoren die van invloed zijn op zelfmanagement, kunnen zorgverleners en beleidsmakers betere ondersteuning bieden aan deze groep mensen.
