Ondanks een forse daling ten tijde van de coronapandemie (2020) is het aantal patiënten dat de fysiotherapeut bezoekt de afgelopen jaren gestegen. De fysiotherapeutische zorg lijkt daarmee niet alleen te herstellen van de impact van de pandemie maar ook te groeien.
Het aantal consulten dat iemand per behandeling gebruikte, is daarentegen gedaald. Dit blijkt uit gegevens van praktijken die deelnemen aan Nivel Zorgregistraties Eerste Lijn.
Het gemiddeld aantal patiënten per praktijk steeg van 1645 (in 2019) en 1786 (in 2021) naar 1833 in 2022. Alleen tijdens het eerste jaar van de coronapandemie lag het gemiddeld aantal patiënten per praktijk lager, 1095 in 2020. Ook zien we een stijging van het gemiddelde aantal nieuw gestarte behandeltrajecten per praktijk.
Gemiddeld aantal consulten per behandeltraject gedaald
De stijging in het gemiddelde aantal patiënten en nieuw gestarte behandeltrajecten per praktijk zou het gevolg kunnen zijn van het inhalen van ‘uitgestelde’ zorg tijdens de coronapandemie. Het gemiddelde aantal verrichtingen per praktijk en het gemiddelde aantal consulten binnen een behandeltraject zijn in 2022 daarentegen juist iets gedaald ten opzichte van 2021. Oorzaken voor deze daling kunnen liggen in de veranderingen in de samenstelling van de praktijken binnen de Nivel Zorgregistraties Eerste Lijn, of in veranderingen in de zorg, zoals veranderingen in de zorgvraag, of veranderingen in vergoedingen. Nader onderzoek hiernaar is gewenst.
Samenvatting
Dit rapport bevat cijfers over het zorggebruik van 896.408 patiënten die in 2022 zijn behandeld door 6758 therapeuten in 489 fysiotherapiepraktijken die deelnemen aan Nivel Zorgregistraties Eerste Lijn.
Patiëntkenmerken
- In 2022 was 58,8% van de patiënten die bij de fysiotherapeut kwamen vrouw.
- De gemiddelde leeftijd van de patiënten was ruim 49 jaar.
- Het gemiddelde aantal patiënten per praktijk nam in 2022 licht toe ten opzichte van 2021. Na een forse daling in 2020 lijkt het gemiddelde aantal patiënten per praktijk daarmee te stijgen over de jaren.
Prestatiecodes
- 67,2 procent van de prestaties betreft een zitting reguliere fysiotherapie.
- Het gemiddelde aantal prestatiecodes per praktijk was licht gedaald vergeleken met 2021, maar het herstel na de forse daling in 2020 is behouden.
Nieuw gestarte zorg
- In 2022 is het gemiddelde aantal nieuwe behandelepisodes per praktijk licht gestegen vergeleken met 2021.
- Voor bijna een derde van de patiënten was de tijd tussen het begin van de klacht en het eerste bezoek aan de fysiotherapeut langer dan drie maanden.
- In 2022 was het aandeel nieuwe behandelepisodes waarbij mensen op eigen initiatief naar de fysiotherapeut gingen 70,5%.
- Het grootste deel van de top 10 aandoeningen van de nieuwe behandelepisodes betreft, net als in voorgaande jaren, spier-, pees- en fascie-aandoeningen aan de wervelkolom, schouder, knie en bekkenregio. Daarnaast staat ook de COVID-19 herstelzorg, net als in 2021, in de top 10.
Afgesloten zorg
- De zorgomvang (aantal verrichtingen en duur van de behandelepisode) is in 2022 ongeveer gelijk aan 2021, met een kleine daling ten opzichte van 2020, maar hoger dan in de jaren daarvoor.
- Patiënten met een chronische aandoening hebben in 2022 gemiddeld 5 keer zoveel verrichtingen en een bijna 3 keer zo lange behandelduur als patiënten zonder chronische aandoening.
- Bij 95,3% van de afgesloten behandelepisodes is het gebruik van ten minste één meetinstrument tijdens de behandeling geregistreerd. De ‘Patiënt Specifieke Klachten Lijst’ was in 2022, net als in voorgaande jaren, het meest gebruikte meetinstrument.
- Vergelijkbaar met voorgaande jaren, werd in 2022 bij vier op de vijf patiënten de behandeling beëindigd omdat de patiënt was uitbehandeld.
- In 87,3% van de afgesloten behandelepisodes waarin het behandelresultaat geregistreerd was, werd het behandeldoel bereikt. Ook dit is vergelijkbaar met voorgaande jaren.