Het aantal patiënten dat door de fysiotherapeut werd behandeld is afgelopen jaar fors gestegen: van gemiddeld 1095 patiënten per praktijk in 2020 naar gemiddeld 1786 patiënten per praktijk in 2021. Er is zelfs een lichte groei te zien ten opzichte van 2019, toen het aantal patiënten per praktijk op 1645 lag. Daarmee lijkt de fysiotherapeutische zorg zich te herstellen van de impact van de coronapandemie. Dit blijkt uit gegevens van praktijken die deelnemen aan Nivel Zorgregistraties Eerste Lijn.
Aantal nieuw gestarte behandeltrajecten in 2021 hoger dan tijdens en voor corona
Opmerkelijk is dat in 2021 het gemiddelde aantal nieuwe gestarte behandeltrajecten per praktijk niet alleen een stuk hoger was dan in 2020, maar ook iets is gestegen ten opzichte van 2019. Het zou kunnen dat er in 2021 sprake was van het inhalen van ‘uitgestelde’ zorg. Daarnaast zien we dat ‘fysiotherapeutische herstelzorg na COVID-19’ binnen de nieuw gestarte behandeltrajecten in 2021 een nieuwkomer is in de top 10 van aandoeningen behandeld door de fysiotherapeut. Het Nivel stelt deze top 10 van meest voorkomende diagnoses bij nieuw gestarte behandeltrajecten elk jaar samen aan de hand van zorggegevens uit Nivel Zorgregistraties Eerste Lijn.
Samenvatting van het rapport
Dit rapport bevat cijfers over het zorggebruik van 750.209 patiënten die in 2021 zijn behandeld in 420 fysiotherapiepraktijken die deelnemen aan Nivel Zorgregistraties Eerste Lijn.
Patiëntkenmerken
- Van de patiënten bij de fysiotherapeut is 59 procent vrouw.
- De gemiddelde leeftijd van de patiënten is ruim 48 jaar.
- Het gemiddelde aantal patiënten per praktijk lijkt weer hersteld in 2021 na een forse daling in 2020.
Prestatiecodes
- 68 procent van de behandelingen betreft een zitting reguliere fysiotherapie
- Het gemiddelde aantal prestatiecodes per praktijk lijkt weer hersteld in 2021 na een daling in 2020.
Nieuw gestarte zorg
- In 2021 lag het gemiddelde aantal nieuwe behandelepisodes per praktijk hoger dan in 2020.
- In 2021 was voor bijna een derde van de patiënten de tijd tussen het begin van de klacht en het eerste bezoek aan de fysiotherapeut langer dan drie maanden.
- In 2021 was het aantal nieuwe behandelepisodes waarbij mensen op eigen initiatief naar de fysiotherapeut gaan (DTF) bijna 71 procent.
- Het grootste deel van de top 10 aandoeningen van de nieuwe behandelepisodes betreft, net als in voorgaande jaren, spier-, pees- en fascie-aandoeningen aan de wervelkolom, schouder, knie en bekkenregio. Nieuwkomer in de top 10 betreft de fysiotherapeutische herstelzorg na COVID- 19.
Afgesloten zorg
- Het gemiddeld aantal afgesloten behandelepisodes per praktijk is in 2021 sterk gestegen ten opzichte van voorgaande jaren. De zorgomvang (aantal behandelingen en duur van de behandeling) is in 2021 iets gedaald ten opzichte van 2020, maar nog steeds hoger dan in de jaren daarvoor.
- Patiënten met een chronische aandoening hebben gemiddeld bijna 5 keer zoveel behandelingen en een bijna 3 keer zo lange behandelduur als patiënten zonder chronische aandoening.
- Bij ruim 95% van de afgesloten behandelepisodes is het gebruik van ten minste één meetinstrument tijdens de behandeling geregistreerd. De ‘Patiënt Specifieke Klachten Lijst’ was het meest gebruikte meetinstrument.
- Vergelijkbaar met voorgaande jaren, werd in 2021 de behandeling bij vier van de vijf patiënten beëindigd omdat de patiënt was uitbehandeld.
- In 2021 werd in 89 procent van de afgesloten behandelepisodes waarin het behandelresultaat geregistreerd was, het behandeldoel bereikt.