In 2020 gingen minder patiënten naar de fysiotherapeut. Tijdens de lockdown in het voorjaar van 2020 waren fysiotherapiepraktijken een aantal weken (nagenoeg) gesloten vanwege de coronapandemie. Mogelijk zijn hierdoor minder nieuwe behandelingen gestart door de fysiotherapeut. Dit blijkt uit gegevens van praktijken die deelnemen aan Nivel Zorgregistraties Eerste Lijn.
In 2020 wachtten patiënten langer voordat ze met hun klacht naar de fysiotherapeut gingen. In 2019 startte ongeveer de helft van de nieuwe patiënten binnen een maand na het ontstaan van de klacht met de behandeling, terwijl in 2020 ruim 65 procent langer dan drie maanden wachtten. Een derde van de patiënten wachtte zelfs langer dan zes maanden.
Patiënten langer onder behandeling bij de fysiotherapeut
De duur van de behandelepisodes (de periode waarin een patiënt wordt behandeld voor een bepaald gezondheidsprobleem) nam toe. In 2020 was een patiënt gemiddeld 19 weken voor een klacht bij de fysiotherapeut, terwijl dit in 2019 nog 10 weken was. Patiënten kregen ook meer behandelingen per behandelepisode. Dit steeg namelijk van gemiddeld 7 behandelingen per episode in 2019 naar 12 behandelingen in 2020. Patiënten met een chronische aandoening krijgen gemiddeld ruim vier keer zoveel behandelingen als patiënten die niet vanwege een chronische aandoening worden behandeld door een fysiotherapeut.
Gevolgen coronapandemie
Dat de daling van het gemiddeld aantal consulten per praktijk samenhangt met de maatregelen vanwege de coronapandemie bleek ook uit eerder onderzoek, beschreven in het nieuwsbericht ‘Aantal consulten fysiotherapie blijft na lockdown een kwart lager dan daarvoor’. Na de lockdown in maart 2020 herstelde de zorg zich slechts langzaam. Hierdoor hebben in 2020 minder patiënten zorg ontvangen. Mogelijk heeft het ook geleid tot langere behandelingen om de klachten weer te verhelpen.