Uitzaaiing voorspelt uitkomst borstkanker

24

Nieuwe kennis over het risico van minimale lymfeklier-uitzaaiingen biedt betere mogelijkheden op genezing bij borstkanker. Borstkanker is, mits in een vroeg stadium vastgesteld, vaak te genezen. Belangrijk is om patiënten met risicofactoren te selecteren voor aanvullende behandeling. Tot nu toe was onduidelijk of de aanwezigheid van micrometastasen of geïsoleerde tumorcellen in de lymfeklieren de genezingskans ongunstig beïnvloeden.

- tekst gaat verder na deze advertentie -


FysioVacature, de vacaturesite voor de fysiotherapeut

Onderzoekers, onder leiding van prof. dr. Vivianne Tjan-Heijnen, hoofd Medische Oncologie van de afdeling Interne Geneeskunde van het Maastricht Universitair Medisch Centrum+, tonen aan dat de aanwezigheid van micrometastasen of geïsoleerde tumorcellen inderdaad de genezingskans ongunstig beïnvloedt. Bovendien laten ze zien dat die overlevingskans weer gunstig wordt bijgesteld door aanvullende behandeling met medicijnen. De resultaten van het onderzoek verschijnen vandaag in het gezaghebbende Amerikaans tijdschrift The New England Journal of Medicine.

Meer dan tien jaar geleden introduceerden chirurgen in Nederland de schildwachtklierprocedure bij patiënten met borstkanker in een vroeg stadium. De schildwachtklier is de eerste lymfkeklier waarop het borstweefsel draineert. Indien deze klier schoon is bestaat geen noodzaak voor aanvullende okselklierbehandeling. Gedegen onderzoek van deze klier is dus een voorwaarde om onderbehandeling van de oksel te voorkomen. Dit gedegen onderzoek door de patholoog, heeft er echter toe geleid dat tegenwoordig steeds vaker micrometastasen (uitzaaiingen tussen 0,2 en 2,0 millimeter) en geïsoleerde tumorcellen (individuele cellen of tumorcelgroepjes die kleiner zijn dan 0,2 millimeter) worden aangetroffen. De vraag is nu: zijn deze kleine afwijkingen van belang voor de lange termijn uitkomst? En moet ten tijde van de diagnose al aanvullende behandeling met medicijnen worden voorgesteld?
 
Resultaten
De resultaten van de MIRROR-studie (staat voor ‘Micrometastases and Isolated tumor cells: Relevant and Robust Or Rubbish’), laten zien dat micrometastasen en geïsoleerde tumorcellen geassocieerd zijn met een absolute afname in de 5-jaars ziektevrije overleving van 10 procent. Bij patiënten die na de operatie met medicijnen waren behandeld, bleek de prognose met bijna 10 procent verbeterd.

”Deze studie geeft resultaten waar we meteen wat mee kunnen”, onderstreept de Maastrichtse hoogleraar Vivianne Tjan-Heijnen het belang van het onderzoek. “Het zijn telkens kleine stapjes vooruit, waardoor we uiteindelijk de toekomstverwachting voor patiënten met borstkanker steeds verder kunnen verbeteren. We hebben uit dit onderzoek geleerd dat geïsoleerde tumorcellen prognostisch belangrijk zijn, even belangrijk als micrometastasen. Tot op heden werden deze hele kleine afwijkingen als lymfekliernegatief geclassificeerd, maar nu hebben we internationaal laten zien dat deze afwijkingen als lymfeklierpositief moeten worden beschouwd.”

Studie
Voor deze landelijke studie werden meer dan 3000 patiënten geïdentificeerd die vóór 2006 een schildwachtklierprocedure hadden ondergaan. Dat gebeurde via de database van de Nederlandse Kanker Registratie. Uiteindelijk bleken 2700 patiënten te voldoen aan de criteria voor deze studie. Vervolgens werden deze vrouwen ingedeeld in drie groepen: één groep zonder tumorcellen in de klieren en zònder aanvullende behandeling, één met geïsoleerde tumorcellen of micrometastasen in de klieren zònder aanvullende behandeling, één groep met geïsoleerde tumorcellen of micrometastasen in de klieren mèt aanvullende behandeling. De diagnose-, behandel- en follow-upgegevens van al deze patiënten werden verzameld, met hulp van de registratiemedewerkers van de regionale kankercentra, onder aansturing van het Integraal Kankercentrum Oost. De stuurgroep telde vertegenwoordigers uit alle universitaire medische centra en de categorale kankercentra. De pathologiecoupes van de schildwachtklieren zijn allemaal centraal gereviseerd in Utrecht en Nijmegen. Alle ziekenhuizen in Nederland hebben deelgenomen aan het onderzoek.

Bron: azM