Zwaarlijvigheid (obesitas) onder kinderen is een ernstig en hardnekkig maatschappelijk probleem, stellen de kinderartsen van het Albert Schweitzer ziekenhuis. De eerste lichting kinderen heeft inmiddels de vorig jaar gestarte ‘Obesitascarrousel’ in het ziekenhuis doorlopen. De resultaten zijn wisselend. Het motiveren van kinderen blijft een grote uitdaging.
In de ‘carrousel’ (een meervoudig spreekuur) bezoekt een kind op één dag een kinderarts, een diëtiste, een fysiotherapeut en een coach. Als uit de onderzoeken blijkt dat dat er fysiek niets mis is, gaat het kind met gerichte adviezen de deur uit. De coach houdt een half jaar lang regelmatig contact met het gezin om beter eet- en beweeggedrag te stimuleren. Inmiddels bevinden zich zo’n veertig kinderen in de carrousel, in de leeftijd van 6 tot 16 jaar. Elke maand begint een nieuwe groep van zes.
Gedrag
De carrousel is een antwoord op het al jarenlang groeiend aantal doorverwijzingen van te dikke kinderen naar het ziekenhuis, waar zij eigenlijk niet thuishoren. Kinderarts Jolet den Boer: ,,Er is vrijwel nooit iets lichamelijk mis bij deze groep. Het zijn geen patiënten. Het overgewicht komt bijna altijd voort uit verkeerd gedrag, maar de huisarts of Jeugdgezondheidszorg wil daar toch zekerheid over en verwijst door. Als ze eenmaal bij ons zijn, kunnen we hen ook niet zonder meer wegsturen.â€
Traktaties
Tot vorig jaar bleven kinderen die doorverwezen waren, veelal langere tijd onder controle bij de kinderarts. Ook bood het ziekenhuis groepsbegeleiding aan, maar circa de helft van de kinderen haakte af. Bij vele anderen werd het gewicht er niet beter op. De medio 2009 gestarte carrousel is erop gericht dat het kind in het ziekenhuis een diagnose en advies krijgt, maar buiten het ziekenhuis beter gedrag aanleert. Den Boer: ,,Wij kunnen dit probleem niet alleen oplossen, dat vereist een bredere aanpak door scholen, overheid, sportclubs en niet in de laatste plaats de ouders zelf.â€
Traktaties op scholen zijn Den Boer een doorn in het oog. ,,Als scholen dat zouden uitbannen, wordt iedereen er beter van en valt er toch geen kind buiten de boot. Nu zeggen ouders vaak: ‘Dat ene zakje chips mag toch wel een keer?’ Maar bij veel kinderen is het elke dag feest. En ze bewegen te weinig. Eén uur per dag hijgen en zweten hoeft niet moeilijk te zijn. Hoe dichter bij huis, hoe makkelijker.â€
Suikerklontjes
De coach heeft maandelijks een afspraak met het kind en helpt het praktisch op weg met sport- of andere activiteiten die het kind zelf graag wil doen. Coach Hilda Bogert: ,,Als je de motivatie vanuit het kind op gang kunt brengen, bereik je het meest.†Hoe meer kennis het kind heeft, hoe beter dit werkt. Bogert: ,,Uit het ‘eetdagboekje’ van de diëtiste blijkt dat sommige kinderen zoveel frisdrank nemen, dat dit per week gelijkstaat aan 150 suikerklontjes. Zodra ze dit weten, worden ze zelf al veel bewuster.â€
Twintig procent van alle kinderen heeft overgewicht. Van die groep heeft vijf procent ziekelijk overgewicht, wat inhoudt een Body Mass Index van 30 of hoger. Zij lopen risico op hoge bloeddruk, een hoog cholesterolgehalte, diabetes type 2, gewrichts- en sociaal-psychologische klachten. Kinderen kunnen door de huisarts of Jeugdgezondheidszorg worden verwezen voor de carrousel.
Bron: asz.nl