Teveel jeugdigen met een beperking voldoen nog niet aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen. Veel scholen voor speciaal onderwijs willen meer naschoolse beweegactiviteiten aanbieden aan hun leerlingen, maar kampen met een tekort aan geld, personeel en het vervoer van de leerlingen. Dit blijkt uit onderzoek van TNO. Meer bekendheid met deze groep jeugdigen bij reguliere sportverenigingen kan een oplossing zijn.
TNO onderzocht in opdracht van NebasNsg op 164 scholen voor speciaal onderwijs en onder 197 leerlingen het huidige sport- en beweegaanbod voor jeugdigen met een beperking. Op de scholen worden gemiddeld twee lessen bewegingsonderwijs per week gegeven. Ongeveer een derde van de scholen biedt daarnaast nog sport- en beweegactiviteiten aan na schooltijd. Slechts 13 procent biedt structureel sportcursussen aan. De helft van de scholen wil meer activiteiten aanbieden, maar het regelen van vervoer, geldgebrek en een tekort aan personeel maakt dit lastig.Jeugdigen met een beperking bewegen wel, maar nog niet voldoende. Velen halen de Nederlandse Norm Gezond Bewegen (dagelijks minimaal een uur matig intensief actief zijn) niet. Fietsen en lopen naar school is voor kinderen een belangrijke manier om aan hun dagelijkse beweging te komen. Voor kinderen met een beperking is dat vaak niet mogelijk. Tachtig procent van hen gaat met een (taxi)busje naar school. Bijna tweederde van de jeugdigen doet aan sport, veelal bij een reguliere sportvereniging. De helft daarvan ervaart problemen of barriéres, zoals snel optredende vermoeidheid en communicatieproblemen.
Om meer jeugdigen met een beperking aan de Nederlandse Norm Gezond te laten voldoen zijn maatregelen nodig. Scholen moeten meer mogelijkheden krijgen om naschoolse beweegactiviteiten aan te bieden. Maar ook reguliere sportverenigingen kunnen een belangrijke rol spelen. Door bekend te raken met jeugdigen met bijvoorbeeld een visuele, auditieve, lichamelijke of verstandelijke beperking, kunnen veel barriéres worden weggenomen.
Bron: TNO
Kinderen een plekje laten verwerven bij een reguliere sportvereniging is niet simpel. De NebasNSG doet hier gelukkig veel aan, maar denk ook aan het project Fitkids van Artsen voor kinderen (www.fitkids.nu). Op deze manier kunnen kinderen een betere basisconditie verwerven om een betere start te kunnen maken bij een sportclub. Daarbij worden ze ook ondersteund in het kiezen van een sport.
Harry Jan Keizer