Het ondersteunen van zelfmanagement leidt bij mensen met een chronische ziekte tot een betere gezondheid en een kleine daling van de zorgconsumptie. Maar om het potentieel van zelfmanagement ten volle te benutten moeten ondersteuning en interventies meer op maat worden aangeboden. Dat staat in een rapport over de zorg voor chronisch zieken van ZonMw uitgevoerd door NIVEL, het RIVM, CBOimpact en TNO.
Naar schatting 5,3 miljoen Nederlanders leven met een chronische ziekte zoals astma, COPD, diabetes en hart- en vaatziekten. Zelfmanagement stelt hen in staat de gevolgen van de ziekte beter te beheersen en de ziekte in te passen in hun dagelijks leven. Bijvoorbeeld door medicijnen te gebruiken, zelf de bloedwaarden te controleren en gezond te leven. Zorgverleners hebben een belangrijke rol bij de ondersteuning van zelfmanagement. En deze ondersteuning kan nog verder worden verbeterd, zo blijkt uit het rapport, om daarmee de positieve effecten van zelfmanagement te vergroten.
Schat aan informatie
Met het rapport willen de onderzoekers een overzicht bieden van de beschikbare kennis op het gebied van zelfmanagement bij chronische ziekte. Die kennis was tot dusver erg versnipperd. De onderzoekers hebben een meta-review gemaakt van onderzoek uit het buitenland en uit Nederland. Daarmee is nu voor het eerst de effectiviteit van zelfmanagement goed onderbouwd. Ook is duidelijk geworden welke factoren positief bijdragen aan het verder invoeren van zelfmanagement, zoals een interventie die op de wensen en behoeften van de patiënt is afgestemd en enthousiaste zorgverleners die ‘afvinklijstjes’ durven loslaten.
Meer onderzoek nodig
Hoewel er al veel onderzoek is gedaan naar zelfmanagement, is meer onderzoek nodig. Zo is het van groot belang om zicht te krijgen op wat bij wie het beste werkt. Maar ook onderzoek naar bijvoorbeeld kosteneffectiviteit is nodig voor structurele inbedding van zelfmanagement in de Nederlandse zorg. Op deze manier wordt nog duidelijker wat de meerwaarde is van het inzetten op zelfmanagement ten opzichte van de huidige werkwijze en kan persoonsgerichte zorg beter worden vormgegeven.
Inpassen in de dagelijkse praktijk
Het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) kan zich vinden in de aanbevelingen van het rapport. “Persoonsgerichte zorg zit in de genen van de huisarts en zelfmanagement wordt een steeds belangrijker onderdeel van de zorg”, aldus directeur Rob Dijkstra. “Er is veel behoefte aan meer inzicht in welke ondersteuningsmogelijkheden op het gebied van zelfmanagement het meest effectief zijn en in te passen zijn in de dagelijkse praktijk. De patiënt moet er uiteindelijk beter van worden.”
Bron: Nivel