“Nu mensen geen verwijzing meer nodig hebben, moeten wij wel meer reclame maken en een goede locatie is belangrijk, zodat mensen weten waar je zit en spontaan binnenlopen”, zegt de Bredase fysiotherapeut Max Jongenelen.
“Die nieuwe regels waren een van de redenen waarom wij anderhalf jaar geleden verhuisd zijn naar een toplocatie. Je moet tegenwoordig echt aan de weg timmeren.”
Vóór 2006 kwamen de patiënten min of meer vanzelf, verwezen door huisartsen en specialisten. Dat Jongenelen samen met zijn collega en echtgenote Vera Wouters een praktijk runde in een achterafstraat, was dan ook geen probleem. Maar nu alleen nog maar chronische patiënten een verwijzing nodig hebben, is een praktijk veel meer een echt bedrijf geworden, en moeten therapeuten zelf patiënten werven.
Steeds meer praktijken gaan samenwerken, vormen netwerken en treden zo naar buiten, vaak ook via een website.
Jongenelen en Wouters verhuisden naar een fraai pand aan een van de invalswegen van Breda. In de Praktijk Graaf Hendrik III Laan werken nu zes fysiotherapeuten.
“Mensen weten nu waar we zitten, lopen binnen of bellen op: ‘Ik heb zo’n last van mijn rug, kunt u eens kijken’. Het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie heeft er ook een complete reclamecampagne op losgelaten om mensen duidelijk te maken dat ze voortaan rechtstreeks naar de fysiotherapeut kunnen.”
Het hangt van de aanvullende verzekering van een patiënt af of en in hoeverre de behandeling wordt vergoed. De hoofdverzekering dekt niet-doorverwezen fysiotherapie niet.
Volgens Jongenelen dekken verzekeraars gemiddeld zo’n negen doorverwezen behandelingen. Maar soms ook slechts vijf en in andere gevallen onbeperkt. ‘Huis-tuin-en-keuken- klachten’, waar mensen zonder verwijzing mee binnenkomen, worden verschillend vergoed. Soms gaat het om aantallen behandelingen, soms om gemaximeerde bedragen.
Jongenelen constateert dat veel mensen goed uitzoeken wat de verzekering vergoedt voordat ze naar hem komen. “Het komt zelden of nooit voor dat ze weer omdraaien omdat ze horen dat het niet vergoed wordt. En wij kunnen hier op onze computer zien hoe iemand verzekerd is. Dan weten ze meteen waar ze aan toe zijn.”
Toen het aantal behandelingen door fysiotherapeuten bij niet-chronische aandoeningen een aantal jaren geleden werd gemaximeerd, was dat een flinke aderlating voor de meeste praktijken. “Maar nu is er sprake van een impuls voor álle praktijken”, weet Jongenelen. ” De huisartsen worden daarentegen ontlast.”
Een andere manier om klanten te werven is specialisatie. De Praktijk Graaf Hendrik III Laan richt zich tegenwoordig ook speciaal op ouderen, oedeem, niet aangeboren hersenletsel en oncologie. Jongenelen: “In die werelden proberen we allerlei contacten te leggen.”
door Joep Trommelen
Bron: BN deStem