Begin 2006 zal naar alle waarschijnlijkheid de Zorgverzekeringswet (ZVW) worden ingevoerd. Vanaf dat moment houden ziekenfondsen op te bestaan en vervalt na meer dan zestig jaar het onderscheid tussen particuliere en ziekenfondsverzekerden.
Deze maand vindt de behandeling van het wetsvoorstel plaats in de Tweede Kamer. Het ziet er niet naar uit dat er over de inhoud nog problemen zullen rijzen. Als de Eerste Kamer opschiet, hebben zorgverzekeraars nog een jaar om zich op de nieuwe situatie voor te bereiden.
Voor de verzekerden moeten nieuwe polissen worden gemaakt waarin naast levering van zorg in natura (je gaat naar de dokter en de rekening gaat naar de zorgverzekeraar) ook restitutie (de patiënt betaalt de rekening en declareert vervolgens bij zijn verzekeraar) kan worden gekozen. De polissen voor het basispakket (dat voor ieder verplicht is) moeten glashelder zijn en scherp aan de prijs om in concurrentie met andere verzekeraars een stuk van de markt te houden of te veroveren.
Met zorgaanbieders moet scherp worden onderhandeld over welke zorg in welke hoeveelheid tegen welke prijs dient te worden ingekocht. Dáár kan de financiële ruimte worden geschapen om verzekerden prijsvoordeel te bieden.
Aan de marktwerking zijn echter grenzen gesteld:
– De prijs voor de polis voor het basispakket moet zo concurrerend mogelijk zijn, maar mag niet worden beïnvloed door het ziekterisico van de verzekerde. Premiedifferentiatie op basis van risicoselectie is niet toegestaan.
– De inkoopprijs van zorg moet zo scherp mogelijk zijn, maar mag niet ten koste gaan van de te leveren kwaliteit.
Er gaat in 2006 heel veel veranderen in het zorgstelsel. Het is daarom gewenst de grote rol van zorgverzekeraars goed te monitoren en zonodig te corrigeren.
Zeker in de aanvangsfase is het geboden er alert op te zijn dat er geen dingen fout gaan en verzekerden zullen krijgen waar zij recht op hebben.
In ieder geval moet heel duidelijk worden gemaakt dat burgers zelf erop moeten letten dat zij de zorgverzekering en de zorgverzekeraar (kunnen) kiezen die het beste bij hen past. Keuzegidsen, bijvoorbeeld van de Consumentenbond, moeten hen daarbij behulpzaam zijn.
In het kielzog van de ZVW is een wetsvoorstel in voorbereiding (Wet Marktordening Gezondheidszorg, WMG) dat voorziet in de oprichting van een nieuwe toezichthouder, de Zorgautoriteit, die toezicht zal houden op zorgaanbieders en verzekeraars in het nieuwe stelsel. Dit toezicht zal een slag anders liggen dan het huidige, in ieder geval al vanwege de marktregulerende bevoegdheden die nodig zijn om mededinging in de zorgmarkt te prikkelen.
Het ziet er naar uit dat de WMG later wordt ingevoerd dan de ZVW. Wel de ZVW en geen WMG veroorzaakt een toezichtsgat op een wel heel vervelend moment, gezien alle veranderingen in het zorgveld. Het is daarom nodig dat de huidige toezichthouders het gedrag van zorgaanbieders en verzekeraars na 2006 goed in de gaten houden tot de Zorgautoriteit bij wet is ingesteld.
Door prof.dr. W. van Voorden
(Prof. dr. W. van Voorden is emeritus hoogleraar arbeidsverhoudingen aan de faculteit der Sociale Wetenschappen van de Erasmus Universiteit Rotterdam)
Bron: Rotterdams Dagblad