Het KNGF neemt de start en de implementatie van haar Plusprogramma voortvarend ter hand, zo gaat verantwoordelijk KNGF bestuurslid Kitty Bouten het land in om in interactieve bijeenkomsten, onder de gezellig klinkende uitnodiging RGF-café, deze activiteit onder fysiotherapeuten te promoten.

- tekst gaat verder na deze advertentie -


FysioVacature, de vacaturesite voor de fysiotherapeut

Ik was afgelopen dinsdag aanwezig bij de bijeenkomst in Bathmen. Mijn motivatie om, bijna in vakantietijd, samen met een veertig collegae aanwezig te zijn, werd ingegeven de angst dat mijn KNGF (‘een KNGF met lef!’) zich voor het karretje van Zilveren Kruis Achmea (ZKA) had laten spannen en een flink deel van het kwaliteitsbeleid laat bepalen door een partij (de zorgverzekeraar) die dat mijns inziens nu juist niet behoort te doen.

In dit blog beschrijf ik nogmaals mijn inschatting dat het KNGF een fout maakt door de huidige Pluspraktijken met een KNGF Plusprogramma van dienst te zijn om te kunnen voldoen aan de vreemde voorwaarden van ZKA.

De basisvraag is of het KNGF de ZKA-indeling in Pluspraktijken en gewone praktijken wenselijk vindt. Het feit dat het KNGF het Plusprogramma in de steigers heeft gezet, suggereert dat die vraag bevestigend wordt beantwoord. Dat vind ik spijtig, ik vind die indeling namelijk niet gewenst. In nu gaat mijn KNGF, waar ik ook contributie voor betaal, ineens een duur en intensief programma ontwikkelen dat gratis wordt aangeboden aan pluspraktijken, zonder goed uit te leggen waarom die ZKA indeling nu ineens geadopteerd wordt door het KNGF. Het KNGF Plusprogramma ondersteunt (en valideert) de ZKA indeling. Zeker als in de PR rondom dat programma de ZKA rol uitdrukkelijk wordt genoemd (‘Het KNGF meldt juichend dat het door hen ontwikkelde programma voldoet aan de ZKA criteria’).

Ik vond de argumenten om aan te geven waarom het KNGF nu ineens zo veel belang hecht aan het in stand houden van de constructie Pluspraktijken niet overtuigend. De betere mogelijkheid om data te verzamelen werd genoemd, kan interessant zijn maar dat moet nog maar blijken en die is ook op andere wijze te realiseren. Ook het punt dat de inhoud van het KNGF Plusprogramma door het KNGF wordt bepaald en niet door ZKA blijft lastig; uiteindelijk dienen de (potentiele) Pluspraktijken in. te schrijven en die doen dat alleen maar als de inhoud voldoet aan de criteria gesteld door ZKA, de slechtst FT vergoedende zorgverzekeraar van Nederland. In die zin bepaalt ZKA de inhoud van het KNGF Plusprogramma (Wat gebeurt er als ZKA over 2 jaren de inhoud van het KNGF Plusprogramma ineens niet meer goedkeurt? Wordt de inhoud van. het programma dan aangepast?). Ik kan niet anders stellen dat het KNGF toch grotendeels doet wat ZKA wenst.

‘Ons’ eigen MKIB programma gaat leiden tot een Kwaliteitsregister Fysiotherapie Nederland (KRF NL) met fysiotherapeuten die een individueel programma hebben gevolgd en die op methodische wijze komen tot een verbetering van hun klinisch redeneren om op die wijze te komen tot best practice. Dat was inderdaad het enige punt waar ik die avond blij over kon worden. Toch vind ik dat het KNGF door het Plusprogramma zo duidelijk in de markt te zetten en ook op voorhand aan te geven dat toelating tot het KRF NL register niet betekent dat je ook instroomt in het Plusprogramma, haar eigen MKIB strategie minder waardevol maakt.

Er zijn veel praktijken die bewust hebben gekozen om Pluspraktijk te zijn en die dat ook op zorgvuldige wijze uitoefenen, respect daarvoor. Maar er zijn ook veel praktijken waaronder mijn eigen praktijk die er voor hebben gekozen bewust geen Pluspraktijk te willen worden, ook met goede argumenten en ook genomen door fysiotherapeuten die goede kwaliteit leveren en die hun professie op goede wijze profileren en positioneren. Door de opzichtige keuze van mijn KNGF voor dit Pluspraktijk in stand houdende programma, worden collega’s die bewust niet meedoen gebruuskeerd. Een negatief aspect dat niet te onderschatten is; fysiotherapeuten werkzaam in Gewone praktijken ergeren zich aan Pluspraktijken die bij patiënten en verwijzers de suggestie wekken dat je voor een betere kwaliteit fysiotherapie bij hen dient aan te kloppen.

Van een KNGF met lef had ik richting ZKA een meer assertieve opstelling verwacht. Uiteindelijk is ZKA natuurlijk ontevreden over de ‘opbrengst’ van hun Pluspraktijk programma, een moedige KNGF had ook kunnen reageren in de trant van: ‘Wij ontwikkelen ons eigen MKIB programma waarover we te zijner tijd wel langs komen, maar los je ontevredenheid over de Plus praktijken maar mooi zelf op!’.

Ik ben benieuwd waar het KNGF Plusprogramma naar gaat leiden maar blijf bezorgd over de te sterke koppeling aan de zorgverzekeraar, iets wat ik nu juist van het nieuwe KNGF niet had verwacht.
Met vriendelijke groet,
Gerard Koel

Gerard Koel
Gerard Koel

20 REACTIES

  1. Een sterk verhaal Gérard, dat ik kan onderschrijven. Ik snap deze stap alleen vanuit een bepaalde tactische achtergrond, en als dat juist is dan is het een actie vanuit angst genomen.
    Het geheel doet ook geen recht aan de locale/regionale stappen die overal in het land al genomen worden door groepjes FT en bv specialisten/huisartsen. Laten we er maar vanuit gaan dat verzekeraars deze ontwikkelingen ook steeds meer gaan ontdekken en straks graag willen aansluiten, dan bepalen wij de voorwaarden.
    Het KNGF heeft een rol voor alle FT in Nederland, dat blijkt niet uit deze keuze.

    Hartelijke groet, Michiel

  2. Beste Gérard,
    Prima geschreven. De plus praktijken zijn ontstaan vanuit de wens van de zorgverzekeraars, veel praktijken lieten zich voor 3 euro per behandeling plussen/minnen. Gevolgen zij bekent met overspannen medewerkers.
    Ik had gehoopt dat we met het nieuwe bestuur gezamenlijk een eigen koers zouden kunnen varen waarbij de kwaliteitseisen bij de beroepsgroep blijven.
    Inmiddels is volgens mij de hkz bij iedereen een feit, waarmee de interne processen worden bewaakt. Kwalitatief handelen op basis van klinisch redeneren is m.i. prima met het de huidige scholingsmogelijkheden te borgen. Blijft over onze cliënt die kwaliteit beoordeeld op snelheid van een afspraak, vriendelijke benadering, nette telefoonaanname enz. Laten we op dit laatste nu net als beroepsgroep het hoogste scoren.
    Op regionaal niveau zijn er specialistische netwerken ontstaan die de nabehandeling van verzekerden optimaliseren.
    Laten we eerst insteken op tarief herstel voor alle verrichte werkzaamheden van de afgelopen jaren.

    Nogmaals Gerard ik kan me geheel vinden in je onderbouwing en hoop dat Henk Janssen dit als pluspraktijkhouder ook ondersteund.

    Gr. Mike Hilverink
    Fysio in je Voordeel

  3. Beste Michiel, Robert en Mike
    Het blog staat 12 uur op de FysioForum site en heeft in deze vakantie tijd bijna 500 inlogs / lezers en 3 reacties. En alledrie nog wel positief ook; ik vat jullie argumenten betreffende het kwaliteitsbeleid fysiotherapie samen in een zestal punten:
    – het KNGF dient borg te staan voor de kwaliteit voor alle FT; het Plusprogramma (wat zou dat kosten?) doet dat ‘slechts’ voor de FT die in een pluspraktijk werken (Michiel),
    – FT dienen het KNGF kwaliteitsbeleid positief kritisch tegemoet te treden (Robert),
    – de HKZ norm zou als administratieve – logistieke basis moeten dienen en ook voldoende moeten zijn (Mike),
    – de FT kwaliteit dient door een FT beroepsorganisatie plaats te vinden en niet door een ZV (Mike),
    – het scoren van de patient tevredenheid dient aan kwaliteitsbeleid te worden toegevoegd (Mike) en
    – lokale / regionale FT kennisnetwerken spelen een belangrijke rol bij kwaliteit & samenwerking in de regio.

    We wachten op een respons van de voorstanders van het KNGF Plusprogramma, die zijn er vast. Er is zelfs een directe uitnodiging naar collega en KNGF bestuurslid Henk Jansen, maar het kan zijn dat hij momenteel veel tijd kwijt is met de Gruut Pier zwaardtraining, dat is ook geen gering opgave.

    Ik ben benieuwd naar nieuwe reacties. Graag van collegae die gaan inschrijven voor het Plus programma of de training als intervisie coach willen gaan volgen. Laat horen waarom je positief bent over deze KNGF actie.

    Met collegiale groet,
    Gerard Koel.

  4. Volgens mij zit er niet zoveel verschil tussen het toekomstige MKIB dat we als beroepsgroep ontwikkelen en dit plusprogramma wat ons wordt “opgelegd” door de boze zorgverzekering. Als die grote verschillen er wel zijn mag iemand me er op wijzen. Ook MKIB bestaat uit PREMS, PROMS, CKR, visitatie, intervisie, portfolio en een landelijke database. Dus wellicht kun je de pluspraktijken ook beschouwen als praktijken die het systeem voor de rest uitproberen en de kinderziektes er uit halen.

  5. Ik heb het geheel niet tot in detail gevolgd omdat ik geen Pluspraktijk ben (en het ook nooit wil worden). Maar ik had tijdens de laatste RLV in Bathmen begrepen dat deze actie van het KNGF in het leven was geroepen op verzoek van de Pluspraktijken zelf. Dus geen eigen idee/initiatief vanuit het KNGF zelf. De Pluspraktijken zouden volgend jaar hun Plus kwijt raken bij ZKA als ze in het register van het KNGF zouden blijven. Alleen praktijken aangesloten bij het Keurmerk Fysiotherapie zouden dan Plus blijven. Omdat heel veel Pluspraktijken absoluut niet naar het Keurmerk willen hebben zij het KNGF om hulp gevraagd en vandaar dat het KNGF iets opgetuigd geeft dat gelijk is aan het Keurmerk Plus register en zo goedkeuring van ZKA gekregen. Zo had ik het begrepen, maar kan er flink naast zitten.

  6. KNGF Plusprogramma: Kwaliteit is van de beroepsgroep

    Het Plusprogramma prikkelt onze leden. De reacties variëren van waardering voor het initiatief en het tempo waarin het KNGF dit heeft gerealiseerd tot afkeuring.
    Pluspraktijken of praktijken die Pluspraktijk willen worden, zijn blij dat het KNGF hen de mogelijkheid biedt om in 2017 te kiezen voor een Pluscontract met ZKA.
    Anderen begrijpen niet waarom het KNGF zo’n programma inricht. Voor hen is de ontwikkeling van dit programma in strijd met het uitgangspunt: kwaliteit is van de beroepsgroep. Deze collega’s vinden dat het KNGF met het Plusprogramma de verzekeraar laat bepalen wat kwaliteit is.
    Als bestuur staan we onverkort voor het principe: kwaliteit is van de beroepsgroep. Toch vinden we het verantwoord dit Plusprogramma voor CKR-geregistreerden beschikbaar te stellen. Dat vraagt om een verklaring.
    Praktijken die er zelf voor kiezen aantoonbaar extra tijd te steken in kwaliteitsontwikkeling en transparantie kunnen een Plusovereenkomst afsluiten met ZKA. Voor 2017 stelt ZKA dat praktijken moeten aantonen dat ze aan de eisen voldoen door deelname aan een kwaliteitssysteem van de beroepsgroep. Dat betekent dat deze praktijken dat niet op eigen kracht kunnen. Als zij een Plusovereenkomst willen, dan hebben zij een systeem van de beroepsgroep nodig. Het KNGF wil met het Plusprogramma CKR-geregistreerden de mogelijkheid bieden om te kiezen voor een Plusovereenkomst met ZKA.
    Het KNGF investeert veel in kwaliteit, denk aan “onze” hoogleraren, Het Wetenschappelijk College Fysiotherapie, onze richtlijnen etc.. Met ons programma MKIB ontwikkelen we een nieuw kwaliteitsregister, het KwaliteitsRegister Fysiotherapie NL (KRF NL). Met dat nieuwe register willen we beantwoorden aan de maatschappelijk vraag om meer transparantie over kwaliteit, borging en voortdurende ontwikkeling daarvan. Dat is een behoefte van patiënten en een vraag van VWS en verzekeraars.
    Dat nieuwe register richten we in conform de opvattingen van de beroepsgroep over kwaliteit. We laten ons daarbij ondersteunen door wetenschappers. Om draagvlak voor ons nieuwe register te krijgen, betrekken we de patiëntenvereniging en zorgverzekeraars bij de ontwikkeling. Onze ambitie is dat het nieuwe register het vertrouwen krijgt van alle betrokkenen zodat verzekeraars geen behoefte meer hebben aan eigen of andere kwaliteitssystemen.
    Onze CKR-geregistreerden bieden we met dat nieuwe register de mogelijkheid om meer van hun competenties te laten zien. Dat gaat verder dan alleen onze verbijzonderingen. Er is inmiddels zoveel kennis ontwikkeld in ons vakgebied dat het voor één fysiotherapeut niet meer mogelijk is het hele vak in voldoende breedte te beheersen. Leden willen hun competenties graag laten zien. In ons nieuwe register kan dat met enerzijds objectieve informatie, bijvoorbeeld over scholing, en daarnaast met informatie over bijvoorbeeld ervaring.
    En natuurlijk waken we er bij de inrichting van dit register voor dat de balans tussen beloning en belasting niet nog verder verstoord wordt. Sterker nog: we sturen op verlaging van de administratieve belasting.
    Met alles wat we ontwikkeld hebben in het programma MKIB konden we in korte tijd het Plusprogramma inrichten. En nogmaals, het KNGF vindt het belangrijk om die service aan deze CKR-geregistreerden te bieden. We willen hen graag bij ons houden; hun ervaringen zijn relevant voor de héle beroepsgroep. De ervaringen met het Plusprogramma kunnen ons helpen bij de ontwikkeling van ons nieuwe register KRF NL. In onze Landelijks Database Fysiotherapie krijgen we nu data van Pluspraktijken èn van andere praktijken die op vrijwillige basis data aanleveren. Het staat niet per definitie vast dat Pluspraktijken de beste kwaliteit leveren. Vergelijking van de data kan ons meer inzicht opleveren. Het is een kennisbank die nergens anders te vinden is en daarmee is het de enige basis voor échte kwaliteit.

    Ja, het Plusprogramma prikkelt. Niet alleen prikkelt het de Pluspraktijken om extra stappen te maken maar ook stimuleert het de juiste discussie over waar je als beroepsgroep voor staat. En dat is en blijft wat dit bestuur betreft: kwaliteit is van de beroepsgroep! Een onwrikbaar uitgangspunt.

    Kitty Bouten
    Bestuurslid KNGF, portefeuille Kwaliteit

  7. Bedankt voor de uitleg kitty.
    Ik ben wel benieuwd of de data meer betreft dan alleen een diagnosecode behandegemiddelde en een cq index. Het aanleveren van specifieke data zou met de huidige software niet specifiek aan plus praktijken voorbehouden hoeven te blijven. Indien het de beroepsgroep/kngf dient t.a.v. een betere onderbouwing van uitgezet beleid zullen andere praktijken m.i. graag willen meewerken. We moeten blijven waken dat we data aanleveren waar zorgverzekeraars negatief mee aan de haal gaan.
    Ik blijf de ontwikkelingen graag volgen.

    Gr mike hilverink

  8. Na het overzicht van gisteren zijn 5 nieuwe reacties geplaatst. Onderstaand mijn respons.

    Ruud, je schrijft dat ‘onze’ beroepsgroep een taak krijgt opgelegd van een boze ZV; dat is m.i. niet juist; het zijn de collegae die een Pluspraktijk besturen die deze taak krijgen opgelegd (dat betreft zo’n 10% van de praktijken). Nu ken ik veel collegae die eigenaar of maat zijn in een Pluspraktijk en daar zijn heel aardige collegae bij. In het verleden hebben zij (mede) op basis van een business model gekozen om deel te nemen aan het ZKA initiatief. Let wel een Pluspraktijk zegt iets over de praktijk en niet over de individuele FT. Je hebt gelijk dat veel elementen zowel in het MKIB als in het Plusprgramma voorkomen, maar een essentieel verschil blijft dat het MKIB prgramma gericht is op het verbeteren van de individuele FT terwijl het Pluspramma het praktijken mogelijk maakt hun ZKA Pluspraktijk status te behouden. Dat blijft een groot verschil.

    Danny, het lijkt er op (als je de reactie van Kitty Bouten leest) dat je het niet zo verkeerd hebt ingeschat. In mijn blog heb ik het niet over de aanleiding van het Plusprogramma gehad maar het is idd een service van het KNGF aan CKR leden die tevens leiding geven aan een Pluspraktijk. Ik hoor van verschillende kanten dat de snelle invoering ook tot doel had het Keurmerk Fysiotherapie de wind uit de zeilen te nemen. Ook dat heb ik in mijn blog niet genoemd omdat het me daar niet om ging. Ik ben iets meer van de vakinhoud; politieke redenen interesseren me minder.

    Robert en Mike zijn erg tevreden met de inhoud van de mail van KNGF bestuurder Kitty Bouten. Mike maakt nog wel enig voorbehoud; centraal in de toelating voor Pluspraktijk staat de behandelindex. Tot nu toe is het niet gelukt aan te tonen dat Pluspraktijken een gunstiger behandelindex hebben; ZKA draait het nu om; je mag pas meedoen als je een aantrekkelijke index hebt. Tja, zo kan het ook; zou Zka over een paar jaar trots publiceren dat de index van Pluspraktijken statistisch significant lager is dan van niet-Pluspraktijken? Dat lijkt me een zekerheidje.

    In de reactie van Kitty Bouten wordt het KNGF kwaliteitsbeleid beschreven en dat is goed leesbaar en doorspekt van allerlei positieve tekstdelen; ‘we doen al veel aan kwaliteit’, ‘we helpen de CKR geregistreerden die een Pluspraktijk leiden’ en ‘het KNGF heeft de eigen regie’. Mooi, daar heb ik geen bezwaar tegen.

    Maar de kritische vragen in mijn blog worden niet beantwoord:
    – Is mijn KNGF tevreden met de ZKA indeling in FT praktijken; zijnde Plus en niet-Plus?
    – Is ZKA een betrouwbare partner, er komen gaan andere criteria voor de inhoud van het Plusprogramma?
    – Vindt, door het MKIB programma los te koppelen van het Plusprograamma, geen devaluatie op van het nog te starten KRF.NL register?

    Ik wil nog graag 2 cruciale zinsneden uit de reactie naar voren halen.
    DE PLUSPRAKTIJKEN KUNNEN NIET OP EIGEN KRACHT VOLDOEN AAN DE ZKA EIS VOOR EEN KWALITEIT DOOR DE BEROEPSORGANISATIE. Dat kan m.i. juist wel, het KNGF hoeft slechts het eigen MKIB systeem naar voren te schuiven; dat is toch het systeem waar het KNGF zo trots op is / wordt; maar nee er wordt een speciaal Plusprogramma gemaakt; vreemd.
    ONZE AMBITIE IS EEN ZO GOED MKIB SYSTEEM TE ONTWIKKELEN DAT ZV’s GEEN EIGEN SYSTEEM MEER NODIG HEBBEN. Dat is mooi, ik hoop en ga er van uit dat dat lukt, maar dan zitten we nog wel steeds opgescheept met Pluspraktijken en niet-Pluspraktijken.

    Een kans om daar van af te komen, laat het KNGF liggen, jammer, ik had op wat meer lef gehoopt!

  9. Fascinerend Gerard je vat ook hier (net als de andere blog) de binnen gekomen reacties samen. Is dat voor het overzicht?

    Ik vind het antwoord van bestuur KNGF zeer helder omdat jij net zo goed als ik weet dat er meer dan één waarheid is. Wat jij verstaat onder politieke beslissingen speelt natuurlijk ook wel degelijk een rol. Let op het woord ook. Het heeft weliswaar niet jouw interesse, maar als bestuur bestuur je een vereniging waarbij leden het hoogste orgaan zijn. Als een belangrijk deel van jouw leden specifieke pragmatische verzoeken/vragen hebben, kun en mag je daar niet aan voorbij gaan. Dat zou inadquate besturen zijn. Daarnaast heb je ook een visie en een richting.

    Voor mij verwoordt Kitty dat uitstekend en zeer helder. Dat vind ik ook getuigen van lef want eerder werd eigenlijk niet of zeer zelden gereageerd op dergelijke discussies.

  10. Met name de zinsnede: “Een negatief aspect dat niet te onderschatten is; fysiotherapeuten werkzaam in Gewone praktijken ergeren zich aan Pluspraktijken die bij patiënten en verwijzers de suggestie wekken dat je voor een betere kwaliteit fysiotherapie bij hen dient aan te kloppen.” raakt mij.
    Ik vind dat de inspanning voor het ‘plus-register’ niet op wegen tegen de extra beloning.

  11. Het feit dat er al werd gecommuniceerd over de plusovereenkomst nog voordat er volledige overeenstemming was op alle punten met ZKA geeft volgens mij vooral aan dat het enigszins paniekvoetbal betrof bij het KNGF en de doelstelling van PLUS vooral behoud van leden was, nadat Keurmerk in mei de plusstatus kreeg voor 2017, maar MKIB onvoldoende ontwikkeld was. Ik vraag me af hoe je als serieuze gesprekspartner voor ZKA op gebied van kwaliteit van fysiotherapie op deze manier verrast kunt worden. Zijn die relaties misschien dermate beschadigd de laatste jaren? En is dat een wenselijke situatie?

    En hoe ambitieus is dan de 4 jaar die is uitgetrokken voor de verdere ontwikkeling van MKIB, als onder druk van de markt het in 2 maanden gerealiseerd wordt? Marktwerking in de zorg kan dus blijkbaar wel ;)

  12. Het kngf zou moeten zorgen voor basiskwaliteitssysteem waaraan alle fysiotherapeuten aan zouden moeten voldoen zoals in gang is gezet met het MKIB. Ik ken ook geen andere medische beroepsgroep die hier onderscheidt in maakt. Differentiatie zou plaats kunnen vinden op basis van aangeboden zorgpaden, multidisciplinaire zorgproducten en specialistische netwerken waarbinnen werkafspraken met lokale verwijzers zijn gemaakt die onze cliënten verzekeren van een eenduidige werkwijze.
    Zo laat je de kwaliteit waar die hoort, Bij de beroepsgroep. Als praktijkeigenaar wordt je zo geprikkeld om te investeren in lokale samenwerking in plaats van investering in de zorgverzekeraar.

    Kortom Gérard wij ondersteunen jouw visie.

    Mike.

  13. Na een viertal reactie kan er wel een korte samenvatting & reactie mijnerzijds volgen.

    Je vraag Robert (2) om het nut van die samenvattingen; mijn doel is de discussie zodanig te sturen dat enerzijds iedere respondent wel zijn zegje kan doen maar dat anderzijds wel de inhoud van het initiërende blog centraal blijft staan. Bovendien kun je je interpretatie op die nieuw ingebrachte punten geven om op die wijze de discussie levend te houden.
    In je laatste zin geef je aan dat je Kitty Bouten als een bestuurslid met lef beschouwd omdat ze in ieder geval reageert, mijn insteek was dat ik liever had gehad dat het KNGF lef had getoond in deze samenwerking met ZKA.
    Verder stel je terecht dat een bestuur nu eenmaal ook met politieke zaken rekening heeft te houden, dat is nu eenmaal zo. Relevant is je volgende zin: ‘als een BELANGRIJK DEEL van je leden specifieke en pragmatische verzoeken hebben ….’. Eerder is al het getal langsgekomen dat zo’n 10% van de FT praktijken Pluspraktijken betreft; en omdat dat meestal grotere praktijken betreft zou je kunnen stellen dat zo’n 15 – 20% van de FT werkzaam is in een Pluspraktijk). De grote meerderheid van de FT is dus NIET werkzaam in een Pluspraktijk, waarvan een flink deel bewust niet Pluspraktijk is (zie ook Danny Kleinsman op 26-07). Mijn punt is dat ‘mijn KNGF’ onzorgvuldig omgaat met belangen van de meerderheid van de FT en dat neem ik ze kwalijk en daar geeft bestuurslid Kitty Bouten geen antwoord op.

    Op die laatste controverse duidt vermoedelijk collega Rob Zeijen die zich geraakt voelt door een zinsnede in mijn blog daarover. Ik probeer dat punt voorzichtig te behandelen Rob, en gebruikte al eerder de term ‘aardige collega’s’ en ‘respect’ voor de collegae die ik ken en die leiding geven aan een Pluspraktijk. Het is duidelijk dat ik hun keuze om Pluspraktijk te worden betreur. Ik spreek ook vaak medewerkers uit een Pluspraktijk en die zijn veel minder te spreken (die hebben dan ook vaak wel de lasten en niet de lusten). Over die lasten / inspanningen zeg jij dat die niet opwegen tegen de extra beloning. Wees eens eerlijk Rob, vind jij dat die inspanningen sterk gerelateerd zijn aan kwaliteit FT? Ik heb best enige empathie voor jouw gevoel maar wel wakker worden, de meeste collegae ervaren hetgeen in mijn blog staat genoemd, medelijden & medeleven met grote Pluspraktijken staat bij mij op een laag pitje; de meeste van die praktijken hebben destijds voor Pluspraktijk gekozen vanuit een businessplan (even voor Robert alvast; daar heb ik ook niets op tegen; waar ik wat op tegen heb is dat mijn KNGF meent het zo nodig voor deze ‘arme’ praktijken op gaat nemen). Voor meer reacties Rob, raadpleeg ook bijgaande facebook reacties die vrijwel allemaal de mening uit mijn blog ondersteunen:
    https://www.facebook.com/ikbenfysiotherapeut/posts/1021528844634783.

    Ik heb al eerder aangegeven Ruud, dat mijn blog niet inging op de politieke redenen waarom mijn KNGF met stoom en kokend water het Plusprogramma invoert. De aspecten die jij noemt, herken ik, ze zijn mij ook ter ore gekomen, maar zijn niet wezenlijk voor de inhoud van mijn blog. Op dit moment faciliteert en valideert het KNGF de m.i. ongewenste ZKA verdeling in Plus en niet-Plus praktijken, dat is mijn punt en ik voel mij als bewuste niet-Plus praktijk FT gebruuskeerd.

    Dank voor je support Mike (2), je breekt een lans voor een KNGF basis kwaliteitssysteem dat aangevuld wordt aspecten als deelname in zorgpaden, zorgproducten en regionale kennisnetwerken. In een eerdere mail noemde je al patiënt tevredenheid scores (PREMS). Grotendeels mee eens, ik zou nog een paar aspecten kunnen noemen maar daar gaat het niet om. Wat mij aanspreekt is het bewaken van een ondergrens / basis; in een ander FysioForum blog ‘Onze man in Den Haag’ worden collegae genoemd die jaarlijks meer dan 100 behandelingen declareren voor de behandeling van patiënten met sPAV (een collega declareerde zelfs 270 behandelingen in een jaar); het kan toch niet moeilijk zijn die ondergrens / basis te bewaken en daar sancties op te zetten en anderzijds uit te gaan van de goede wil van FT om hun patiënten goed te behandelen en dat algemene niveau te optimaliseren (liefst met een MKIB programma). Dat vind ik een meer zinvolle weg dan het kritiekloos ondersteunen van een verdeling in Plus en niet-Pluspraktijken.

  14. Uw KNGF, als vertegenwoordiger van uw beroepsgroep, is onverzettelijk in haar standpunt dat ‘kwaliteit van de beroepsgroep is’ en dus ook door de beroepsgroep bepaald wordt. Dat betekent ook dat het KNGF met MKIB werkt aan een kwaliteitssysteem dat géén onderscheid maakt in kwaliteitsniveaus. Dat systeem laat zoals in mijn blog al gezegd wél verschillen in competenties zien. Een onderscheid in niveaus van kwaliteit is onzinnig. Je levert kwaliteit, of je levert geen kwaliteit; er is geen tussenweg. Immers, in het belang van de patiënten kún je en mag je niet anders dan te allen tijde kwalitatief goede zorg leveren. Dat is precies wat het kwaliteitssysteem en het bijbehorende nieuwe register (KRF NL) beoogt. In dat verband mag duidelijk zijn dat het KNGF niet kiest en ook niet gekozen heeft voor de indeling die verzekeraars in verschillende varianten voeren. Dát verzekeraars dat wel (kunnen) doen, komt door de manier waarop het zorgstelsel functioneert. Marktwerking heet dat. In zoverre is de vraag of het KNGF daarmee tevreden is niet relevant. We hebben er mee te maken en daarom moeten we er zo goed mogelijk mee omgaan. Met oog voor alle geledingen in onze beroepsgroep. Eén van die geledingen zijn praktijkhouders, die net zoals andere leden recht hebben op ondersteuning in generieke zin van de beroepsvereniging waar zij lid van zijn. Het KNGF biedt hen daarom de faciliteit om via deelname aan het Plusprogramma aan de aanvullende eisen van ZKA te voldoen. Zoals eerder aangegeven kunnen Pluspraktijken niet op eigen kracht aan de eisen van ZKA voldoen om de doodsimpele reden dat ZKA eist dat deze praktijken ‘deelnemen aan een kwaliteitssysteem van de beroepsgroep’. De ervaringen met deze groep in het Plusprogramma kunnen daarbij voor de hele beroepsgroep zinvolle informatie opleveren.
    En ja, dit KNGF hecht aan haar leden: de leden zijn immers het bestaansrecht van een vereniging. En: hoe meer leden bij een vereniging aangesloten zijn, hoe sterker die vereniging voor haar leden op kan komen.
    Waar verzekeraars zelf vragen om één systeem waarbij ze hun eigen eisen m.b.t. kwaliteit kunnen loslaten is naar onze overtuiging het nieuwe register KRF NL dat we met MKIB ontwikkelen, de oplossing. Daarom wordt dit register, waarvan de ontwikkeling inmiddels ver gevorderd is, op niet al te lange termijn op vrijwillige basis geïntroduceerd. Het is de bedoeling dat in 2020, na afloop van de huidige registratie periode, het CKR vervangen wordt door KRF NL. Vanaf dat moment is deelname aan het nieuwe kwaliteitssysteem verplicht voor iedereen die in het kwaliteitsregister KRF NL opgenomen wil worden.
    Het KNGF Plusprogramma maakt gebruik van elementen die in het programma MKIB ontwikkeld zijn. In die zin is er een relatie met het nieuwe register. Het verschil is dat er voor deelname aan het Plusprogramma andere normen gehanteerd worden dan die voor KRF NL zullen gaan gelden. Daarbij moet je denken aan strenge eisen op het gebied van registratie, klinimetrie, aantallen aan te leveren patiënttevredenheidsonderzoeken, de behandelindex en de ontwikkeling daarvan (shifting the curve up and to the right) et cetera.
    Angst is een slechte raadgever en helpt ons niet verder. Niemand kan de toekomst voorspellen, dus het enige dat we kunnen doen is vanuit onze kracht bedreigingen van buitenaf het hoofd bieden. ZKA toont zich hierin een betrouwbare onderhandelingspartner. Dat verzekeraars andere belangen hebben dan onze beroepsgroep is evident en het gevolg van een systeem waarvoor de kiezer in Nederland langs democratische weg impliciet gekozen heeft. Dat is een realiteit en daar hebben we zo goed mogelijk mee om te gaan.
    Elkaar onderling kritisch aanspreken op functioneren maakt ons sterker. Het zou ons ook helpen wanneer we naar buiten toe onze voortdurende neiging om elkaar de maat te nemen, zouden weten om te zetten in eendracht. Moet je eens opletten wat er dan gebeurt, dan winnen we enorm aan kracht en dat zou de positie van onze beroepsgroep geweldig ten goede komen. Daar is maar een klein beetje lef voor nodig. Doen?
    Kitty Bouten
    Bestuurslid KNGF, portefeuille Kwaliteit

  15. Gerard, kan het niet zo zijn dat de oude plus systematiek over de jaren geëvolueerd is naar een logischer systeem dat inmiddels al veel meer zegt over kwaliteit van fysiotherapeutisch handelen? Op basis van nieuwe inzichten, vanuit onderzoek, vanuit ervaring van collega’s maar ook andere disciplines en vanuit internationale ontwikkelingen op het gebied van kwaliteit in de zorg is plus niet meer het plus wat zoveel aversie opwekt. Het was misschien verstandiger geweest om het ook geen plus te blijven noemen. Ik vind het erg kort door de bocht zoals er over de drijfveren wordt gesproken van collega’s die wel voor plus hebben gekozen. Het volhouden van de oude plussystematiek is bijzonder vervelend zonder enige intrinsieke motivatie daaronder, behalve een economische. Ik denk dat we minder naar de ander moeten kijken en meer naar onszelf. Als je jezelf vooral slachtoffer voelt van de keuzes die concurrenten maken, moet je je wellicht als ondernemer ook een wat pro-actievere strategie aanmeten en vooral kijken naar zaken waar je zelf invloed op hebt. Zo kun je nog 4 jaar achter in de bus blijven zitten, tot je mee moet doen. Maar je kunt er ook in participeren. De vereniging zijn wij allemaal. En als je enige ervaring hebt met alles wat al is geprobeerd en alles dat niet werkte, heb je denk ik een waardevollere inbreng dan vanaf de zijlijn een karikatuur maken van wat anderen zich lieten opleggen. We kunnen niet meer terug naar hoe het was.

  16. Ik reageer op twee ‘getrouwe’ blog responders.
    Kitty Bouten (2) gebruikt de discussie om het KNGF kwliteitsprogramma aan te prijzen, dat is uiteraard toegestaan en een KNGF die waakt over de kwaliteit van FT Nederland is ook prima. Toch bevat deze reacties een aantal inconsistenties die er wat mij betreft op duiden dat de invoering van het KNGF Plusprogramma niet goed aansluit met de rest van het kwaliteitsbeleid.
    Inconsistentie 1. Kitty Bouten schrijft: ‘…uw KNGF heefdt NIET gekozen voorde indeling die verzekeraars voeren …’ Terwijl het PLusprogramma nu juist gericht is om de Zka indeling in PLus en niet-Plus te behouden.
    Inconsistentie 2. Een belangrijke geleding in FT Nederland zijn de praktijkeigenaren. Het Plusprogramma helpt hen te blijven voldoen aan de ZKA eisen. Dat is niet (helemaal) juist. Het Plusprogramma is gericht op de praktijkeigenaren die destijds besloten hebben met ZKA in zee te gaan. En dat is de minderheid van de praktijkeigenaren. Er zijn veel praktijkeigenaren die bewust de keuze hebben gemaakt om niet mee te doen. Je wilt die ZV’s immers niet machtiger maken dan nodig is.
    Inconsistentie 3. In reactie wordt gesproken over ‘Angst’ en ‘beschermen tegen bedreiging van buitenaf’. Ik wed dat vrijwel alle FT juist de ZV’s aanwijzen als bedreiging van buitenaf. Toch stelt Kitty Bouten in de aansluitende zin: ‘Het ZKA toont zich hierin een betrouwbare onderhandelingspartner’. Dat lijkt me onjuist, ook gezien de aanleiding om het Plusprogramma te ontwikkelen (aanvullende eisen van ZKA).
    Inconsistentie 4. In de laatste alinea benadrukt Kitty Bouten het belang van eendracht. Ik vind een Plusprogramma ontwikkelen om op die wijze een tweedracht (Plus vs niet-Plus) in stand te houden juist getuigen van het omgekeerde, het KNGF Plusprogramma draagt m.i. juist niet bij tot het creeeren van FT eendracht.

    Ja gaat in je reactie Ruud (3), in op de naam van het Plusprogramma, helemaal mee eens, dat was mijn eerdte reactie naar het KNGF, waarom handhaven jullie die naam?; een naam die sterk gekoppeld is aan een indeling van zorgverzekeraar ZKA. Verder geef je aan dat het Plusprogramma in positieve zin geevolueerd kan zijn en dat collegae die meedoen toch ook over intrinsieke motivatie beschikken. Dat zal best zo zijn, maar de keuze om zich als Pluspraktijk te manifesteren is vermoedelijk ook genomen om zich op positieve wijze te onderscheiden (anders kies je niet voor de naam Plus) terwijl de acties die daarvoor uitgevoerd worden nu juist die verfoeide administratieve acties bleken te zijn, enigszins vergoed door een hoger tarief.
    Ik vind niet dat ik een karikatuur heb gemaakt van collegae die leiding geven aan een Pluspraktijk; en overigens is allemaal meedoen zoals je in je reactie beschrijft, nadrukkelijk niet de bedoeling van het Plusprogramma; het gaat om een klein deel van de praktijken (Ook weer bepaald door de ZV). Ik ga zeker meedoen aan het MKIB programma maar niet aan het Plusprogramma, dat is idd mijn keuze en ik vind het als loyaal KNGF lid vervelend dat mijn organisatie nu precies de andere keuze maakt.

  17. Te laat voor een reactie? Gisteren toch maar besloten om niet mee te doen met het Plusprogramma hoewel we door de eerste ronde heen waren gekomen. Het dwangmatig aanleveren van de EPD en de verwachtingen die daar aan gesteld worden stuiten me tegen de borst en is voor ons financieel en organisatorisch niet realiseerbaar. Met 15 fysiotherapeuten en 4 specialisaties is 100% medewerking van alle patienten en 100% dossiervorming helaas niet haalbaar. Dan maar gedeclasseerd worden tot een basisovereenkomst. We voldoen , net als 90% van alle praktijken ( 100% is natuurlijk niet haalbaar) maar we mogen ons niet bij de ” schijn” -eredivisie aanmelden en er bekruipt mij enigszins het gevoel dat me dat vroeg of laat aangerekend gaat worden. We hebben 7 jaar de HKZ audit doorlopen en dat heeft ons steeds beter gemaakt en het kan altijd beter.
    Maar het gaat mij eigenlijk om iets anders. 30 jaar geleden begonnen zonder ziekenfondscontract. Ja, ik was zo’n outlaw. Ook bij KNGF vergaderingen met de nek aangekeken en niet vertegenwoordigd. Maar ik was trots om fysiotherapeut te zijn en niemand had het recht om me dat af te nemen. We hebben het goed gedaan en werken nu met 20 mensen in de praktijk. Ik heb me drie jaar geleden teruggetrokken uit een landelijk netwerk omdat daar ook een onderscheid groeide tussen Pluspraktijken en het tweede garnituur. Dat gevoel bekruipt me nu weer! Het KNGF moet staan voor alle leden en niet een wig drijven tussen hun leden door gevoelig te zijn voor de belangen van een externe partij en daar het beleid op af te stemmen ten koste van het grootste deel van de leden. We betalen plus-10.000 euro aan lidmaatschapsgeld waarvoor ik graag zou zien dat we gezamenlijk beter worden ipv te boek komen te staan op een manier die absoluut te kort doet aan ons plezier en kwaliteit van praktijkvoering. Graag een andere weg in slaan ten baten van kwaliteit en gezamelijkheid,

    vrgr Rob Deurloo

Reacties zijn gesloten.