Het Handencentrum van de Zwolse Isala klinieken is het grootste op zijn gebied in Nederland geworden. Het gespecialiseerde centrum, dat onlangs uitgebreid werd, behandelt op multidisciplinaire wijze aandoeningen en verwondingen aan de hand.
Met een symposium wordt het vernieuwde onderkomen van het Isala Handencentrum (IHC) vandaag officieel geopend.
Het centrum heeft op de Sophia-locatie de beschikking gekregen over een nieuwe therapieruimte. Bovendien werd een bewegingswetenschapper aangesteld.
In het centrum worden jaarlijks 10.000 verrichtingen uitgevoerd en daarmee voert het centrum landelijk de ranglijst aan. In dat verband is de Isala-afdeling zelfs het academische handencentrum in Rotterdam, verbonden aan het Dijkzigt-ziekenhuis, voorbij gestreefd.
Goed gevoel
Dorethé Wassink, hoofd zorgteam ergotherapie, is daar danig trots op. Het enige dat zo’n beetje op handgebied niet gebeurt in het centrum is handlezen. ‘De handherapeuten werken heel nauw samen met de revalidatiearts en de plastisch chirurgen. De lijnen zijn daardoor kort en wanneer nodig kunnen de zaken meteen geregeld worden. Dat geeft de patiënt ook een goed gevoel. We kunnen onze patiënten veel bieden met deze integrale benadering. Elders in het land verloopt die samenwerking lang niet zo geolied als hier.’ Het Isala-centrum kan alleen al een beroep doen op vijf plastisch chirurgen en nog eens vier in opleiding. Dat een plastisch chirurg bij de behandeling van handletsel wordt betrokken, is een belangrijke voorwaarde.
Steeds meer regioziekenhuizen weten de weg naar het handencentrum inmiddels ook te vinden. ‘Wij krijgen steeds meer doorverwijzingen. Snel handelen bij handletsel is ook een voorwaarde. Onze artsen hebben meegewerkt aan een gids, waarin precies staat hoe gehandeld moet worden. Die gids is naar de afdelingen Spoedeisende hulp van alle ziekenhuizen in Nederland gestuurd’, vertelt Wassink.
Zestig procent van de patiënten komt uit Zwolle en omliggende gemeenten. Het buitengebied in Overijssel, Drenthe, Flevoland en Gelderland is goed voor 26 procent, terwijl veertien procent van de patiënten uit de rest van het land komt.
Bron: de Stentor
Aangemeld door Joop Gerretse