Beter herstel door intensief revalideren

24

Mensen met een beperking als gevolg van een hersenletsel, bijvoorbeeld een CVA, gaan vaak een lange revalidatieperiode tegemoet. Maar voor sommige van hen kan het ook anders. De neuro-revalidatie van de Maartenskliniek Nijmegen kent verschillende intensieve revalidatieprogramma’s. Eén daarvan is het Intensief Motorisch Programma (IMP), waarbij patiënten in zes weken worden voorbereid op een terugkeer naar huis.

- tekst gaat verder na deze advertentie -


FysioVacature, de vacaturesite voor de fysiotherapeut

Het IMP is onder meer gebaseerd op recent wetenschappelijk inzicht. Het blijkt dat in de eerste weken na het hersenletsel intensieve therapie het beste werkt voor het herstel. Bovendien willen veel patiënten na hun opname graag snel weer naar huis.

Zo ook Wim Meeusen uit Mook. Hij werd na een herseninfarct opgenomen in de Maartenskliniek en doet mee aan het intensieve programma. ‘Veel alledaagse dingen kan ik niet meer doen zoals vroeger,’ zegt hij. Voorheen werkte hij met veel plezier drie halve dagen in de week als klusjesman in het bedrijf van zijn zoon. Het liefst wil hij daar snel weer aan de slag.
Het programma staat vooral in het teken van het zelfstandig uitvoeren van dagelijkse activiteiten, zoals opstaan, wassen, aankleden en eten. Door training leerde Meeusen bijvoorbeeld hoe hij het beste uit een stoel kan opstaan en oefende hij voor een betere looptechniek voor zijn boswandelingen. Meeusen: ‘Ik steek hier alles op wat mogelijk is om weer vooruit te kunnen.’

Familie
Volgens fysiotherapeut Willem Hellebrand is het programma uniek. ‘Het ziet er anders uit dan reguliere revalidatie. Op de eerste dag praten de patiënt én mantelzorgers (familie of vrienden) met de arts, verpleegkundige, fysiotherapeut en ergotherapeut. We willen precies weten wat de patiënt nodig heeft aan therapie en ondersteuning om thuis weer te kunnen functioneren.’ Vanaf dag twee staat er al een volledig gestructureerd programma klaar voor de patiënt. De betrokkenheid van familie en vrienden wordt vanaf het begin in de planning opgenomen. Ze krijgen daarmee ondersteuning bij het omgaan met het ziektebeeld. Ook voor Meeusen en zijn vrouw zag het er plotseling allemaal anders uit. Meeusen blijft er redelijk nuchter onder: ‘Ik probeer ondanks mijn problemen thuis zo veel mogelijk betrokken te zijn. Ik wil niet bij de pakken neer gaan zitten.’

In de tweede week van het programma kijken een fysiotherapeut en ergotherapeut thuis bij de patiënt wat er nodig is om na de revalidatie verder te kunnen. Hellebrand: ‘De behandelaars krijgen zo een goede indruk, bijvoorbeeld hoe de trap er uit ziet of de wc. Ook kunnen de behandelaars thuis oefenen met de patiënt.’

Stevig
Vanaf dag één van zijn opname gaat de patiënt direct aan de slag, zeven dagen in de week. ‘Je moet dat wel willen, ook al kost het soms moeite’, vindt Meeusen. Volgens Hellebrand wordt dagelijks een stevig programma afgewerkt. Dat begint ‘s ochtends al. De patiënten worden door de verpleegkundigen geholpen bij het opstaan, aankleden en ontbijten. Daarbij zijn ook een ergotherapeut en fysiotherapeut aanwezig. Verder volgen de deelnemers een aantal individuele en groepstherapieën, zoals fitness en zwemmen. ‘s Avonds doen de patiënten zelf oefeningen. Omdat patiënten vaak kampen met een beperkte belastbaarheid, vraagt dit heel wat van ze. ‘Maar de patiënten hebben veel steun aan elkaar, omdat ze samen in één groep zitten.’

Weekend
In de eerste week kan de patiënt één dag naar huis, in de weken daarna elk weekend. Ook deze dagen worden bij
de behandeling betrokken. Voordat de patiënt naar huis gaat, bespreekt een behandelteam in de groep samen met de mantelzorgers de trainingsdoelen voor het weekend. ‘s Maandags vertellen de revalidanten hoe ze deze dagen thuis ervaren hebben en wat ze voor de komende week willen meenemen bij de trainingen en therapieën. Ook de belastbaarheid wordt volgens Hellebrand goed in de gaten gehouden. ‘Neemt de patiënt voldoende rust, krijgt hij direct na het hersenletsel niet te veel bezoek. We gaan daar zorgvuldig mee om.’ Met rust wordt niet alleen lichamelijke rust bedoeld. Rust zit ook tussen je oren. Niet altijd in je hoofd bezig zijn met wat er is gebeurd.’

Stukje lopen
Gaandeweg lost het behandelteam samen met de revalidant veel belangrijke belemmeringen op, waardoor die zijn onafhankelijkheid terug wint. Hellebrand: ‘Iemand wil bijvoorbeeld een stukje lopen naar zijn zoon die om de hoek woont, of mee kunnen helpen in de keuken.’Om tijdens het programma zicht te houden op de vorderingen, komt een groep behandelaars drie keer per week bij elkaar om de voortgang van de revalidanten te bespreken. Gaan we richting de gewenste ontslagsituatie of moeten we bijsturen? Het team kijkt steeds wat er nodig is voor iemand om thuis goed te kunnen functioneren. Bijvoorbeeld of er voldoende huishoudelijke hulp is of dat extra verpleegkundige ondersteuning nodig is. Meeusen is tevreden over het programma. ‘Ik vind de aanpak geweldig. Mijn herstel gaat voorspoedig.’

Bron: Sint Maartenskliniek