Sportblessures kosten per jaar 590 miljoen euro. De grootste schade wordt veroorzaakt door de tijd die een geblesseerde sporter niet kan werken: 420 miljoen euro. Medische kosten, zoals opname in het ziekenhuisopname en behandeling, bedragen 170 miljoen euro.
Deze berekeningen komen van Consument en Veiligheid op verzoek van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Het instituut stelt dat sportblessures jaarlijks leiden tot 1,7 miljoen verzuimde werkdagen.
Kosten fysiotherapie: 55 miljoen
Fysiotherapeuten slokken het grootste deel van de medische kosten op: 55 miljoen euro. Zij krijgen jaarlijks 2,8 miljoen keer een sporter op de behandeltafel. Specialisten kosten 33 miljoen en behandelingen bij de spoedeisende hulp van een ziekenhuis 32 miljoen. De kosten van huisartsen vallen mee (12 miljoen), maar deze krijgen wel 650.000 keer per jaar met een geblesseerde sporter te maken.
Toename blessures door breedtesport
Consument en Veiligheid waarschuwt dat het aantal blessures zal toenemen nu de overheid breedtesport wil stimuleren. Daarom zal er meer geld moeten komen om blessures te voorkomen. Ongevallen thuis (1380 miljoen euro) en verkeersongevallen (610 miljoen euro) leveren altijd nog meer schade op dan sportblessures.
Bron: ZibbAangemeld door t.schambergen
Beste collega’s,
Een vraag wat meer zijdelings naar aanleiding van dit bericht.
Wie kan mij vertellen uit welke classificatie het begrip ‘sportblessure’
komt en wat daarbij de definities zijn om dit begrip te onderscheiden van andersoortige blessures?
Met collegiale groeten,
Peter van der Salm.
Definitie Sportblessure
Een sportblessure wordt gedefinieerd als een vorm van lichamelijk letsel dat tijdens het sporten is ontstaan met 1 of meerdere van onderstaande gevolgen :
De verdere uitvoering van de sport wordt gehinderd ;
Het sporten moet gestaakt worden ;
Meedoen aan de eerstvolgende training of wedstrijd is onmogelijk of onverantwoord ;
Arbeidsverzuim op de komende arbeidsdagen ;
Acute medische hulp is noodzakelijk.
Deze definitie vond ik in één of andere sportencyclopedie op internet. Ik denk dat je dit hetzelfde kan zien als de “arbeidsgerelateerde klachten”. Klachten die mede ontstaan door de krachten cq belasting die tijdens het sporten op de weefsels inwerken.
Ik begrijp (denk ik) je opmerking en kan mij voorstellen dat bepaalde blessures ook opgetreden waren indien deze persoon niet gesport had…is dat de strekking van je opmerking ?
Uit het nieuwsarchief in 2003
Arbeidsverzuim sportende werknemers fors lager dan niet-sporters – Stimuleren van bewegen voor werkgevers lucratief
Persbericht TNO, 1 oktober 2003
Sportende werknemers verzuimen minder vaak, en vooral korter dan hun niet-sportende collega’s. Dit geldt vooral voor de werknemers die zittend werk doen. Over een periode van 4 jaar verzuimen sporters gemiddeld 25 dagen korter dan niet-sporters en zelfs ruim 50 dagen korter dan de werknemers die nooit gesport hebben. Dit zijn resultaten van een groot onderzoek van TNO Arbeid onder ruim 1700 werknemers in 34 branches. Deze groep is drie jaar lang gevolgd waarbij onder andere naar het ziekteverzuim is gekeken in relatie tot sporten
Zie voor het volledige bericht: – link –
Zie ook de berichtgeving hierover in de Volkskrant van zaterdag 4 oktober (Meer sporten leidt tot minder verzuim).
Zoals ik op fysionet ook al zei Kees, ik snap het “tegenartikel” maar zie het verband niet. Iedereen weet dat sporten gezond is en leidt tot minder ziekteverzuim, betere prestaties etc. desondanks treden er toch ook sportblessures op die op zich ook weer geld kosten. Dit artikel is mijns inziens niets meer dan een overzicht van deze kosten. Zonder een boodschap dat wij nu maar moeten stoppen met sporten of iets dergelijks….
Ik begrijp de “verdedigende” houding niet ??
Wellicht moet je het in het politieke licht zien. Consument en Weiligheid is met een lobby bezig om meer geld vrij te krijgen bij de politiek.
Zou best kunnen Rob, maar dan nog zie ik geen reden voor ons om in een soort verdediging te schieten….
Beste Thom,
Ik houd van eenvoud en eenduidigheid en vind dat je alleen dan een nieuw begrip moet introduceren als dit past in een bestaande classificatie, of je moet een nieuwe classificatie maken met een nieuw doel.
De ‘klasse’ sportblessure kan ik ter wezenlijke onderscheiding van andersoortige blessures nergens klasseren.
Een verwarrende term dus en dat geldt deels ook voor de term ‘sportfysiotherapeut’.
Met collegiale groeten,
Peter van der Salm.