Onderzoek wijst uit: RSI zit niet tussen de oren

14

Rsi-patiënten zijn mentaal net zo sterk als de gemiddelde Nederlander. Zo komen depressies en burn-out niet vaker voor dan bij de doorsneebevolking.
Dit blijkt uit onderzoek van het Coronel Instituut voor Arbeid en Gezondheid, verbonden aan het AMC in Amsterdam. De studie haalt het vooroordeel onderuit dat werknemers met rsi-klachten, die problemen hebben met nek schouder of armen, psychisch zwakker zouden zijn.

- tekst gaat verder na deze advertentie -


FysioVacature, de vacaturesite voor de fysiotherapeut

Dat psychosociale factoren een rol spelen bij rsi, heeft niet te maken met de mentale gezondheid, zegt onderzoeker Judith Sluiter van het Coronel Instituut. Ze constateert wel dat mensen met rsi fysiek sterk inleveren. “Mensen geven aan dat ze door de aandoening (gemiddeld) 37 procent op de kwaliteit van leven inleveren”, concludeert ze uit de meting onder ruim 1100 leden van de rsi-patiëntenvereniging. Velen ervaren beperkingen, zowel op het werk als privé. Meer dan de helft slikt regelmatig pijnstillers.

Een van de verrassende uitkomsten is dat desondanks driekwart van de rsi-patiënten wel –hoewel soms gedeeltelijk– aan het werk is. “Kennelijk hebben mensen er veel voor over. Ze stoppen energie in hun werk, waardoor ze minder over hebben voor hun sociale leven”, zegt Sluiter. Dat wordt bevestigd door Corrie Kooijman van de rsi-patiëntenvereniging. “Ook al werk je halftijd, je levert veel in, omdat je meer tijd nodig hebt om te herstellen. Andere klussen zoals de boodschappen en de was moet je zorgvuldig verdelen over de week. Dan kom je aan uitgaan niet toe, dat blijft wringen”, weet ze ook uit eigen ervaring.

Kooijman is blij dat nu is aangetoond dat “rsi niet tussen de oren zit”. Ook de psychosociale factoren bij rsi , werkstress en werkdruk, hebben vaak fysieke wortels, benadrukt ze. “Mensen hebben te weinig tijd genomen om te herstellen.” De rsi-patiëntenvereniging pleit voor meer onderzoek naar de preventie en behandeling van rsi-klachten.

Uit recent TNO-onderzoek blijkt dat vijftien procent van de werknemers wel eens met klachten aan arm, nek of schouder kampt. Dat kost de samenleving jaarlijks twee miljard euro. “Er valt nog veel te winnen en niet alleen economisch”, meent Kooijman. “Als werkgevers een iets flexibeler houding zouden aannemen, minder in de nek van werknemers hijgen en erop zouden letten dat mensen niet te lang achter de pc zitten… Maar ja, de meeste managers geven zelf het slechte voorbeeld.”

Uit de studie van het Coronel Instituut blijkt ook dat bij slechts een derde van de werknemers met rsi de werkplek is aangepast. Maar negen procent heeft langere of meer pauzes of andere werktijden gekregen. “En dan nog weten we niet of die soms dure aanpassingen werken”, onderstreept onderzoeker Sluiter.

Bron: Trouw