De ziekte van Parkinson kan leiden tot een grote diversiteit aan klachten. Een hiervan is het ongewild verliezen van speeksel (kwijlen), al is daar nog maar weinig over bekend. Kwijlen ontstaat niet door meer speeksel, maar door minder goed slikken in combinatie met de mond open laten hangen en een voorovergebogen houding. Allemaal typische kenmerken van Parkinson, vooral als de ziekte verder gevorderd is.
Speekselverlies komt voor bij ongeveer een kwart van de Parkinsonpatiënten. Bij minder dan 5 procent is het kwijlen zichtbaar voor anderen. Wanneer het kwijlen zichtbaar is, kan dat ernstige negatieve sociale gevolgen hebben voor de patiënt. Het speekselverlies zou eerst door een ervaren Parkinsonlogopedist behandeld moeten worden. Als dat door de ernst van de ziekte echter niet meer voldoende is, zijn patiënten aangewezen op medische behandelingen die de speekselproductie afremmen.
Hanneke Kalf verrichtte bovenstaand onderzoek en promoveert donderdag 27 december.
Bron: RU Nijmegen