Al twee dagen nadat iemand een beroerte heeft gehad is te voorspellen of hij of zij in de toekomst weer zelfstandig zal kunnen lopen. Voorspellen in hoeverre iemand weer alledaagse activiteiten kan uitvoeren is binnen drie dagen mogelijk. Voorheen duurde dat minstens een tot wel twee weken. Dit zijn enkele belangrijke conclusies uit het promotieonderzoek van Janne Veerbeek, dat aan de basis heeft gestaan van de herziening van de ‘nationale fysiotherapierichtlijn beroerte’. Ze promoveert op 25 maart bij VUmc.
Janne Veerbeek, fysiotherapeute bij VUmc, stelt vast dat het al twee dagen na een beroerte mogelijk is te voorspellen of de patiënt in de toekomst weer zelfstandig zal kunnen lopen. Tot nu toe voorspelden modellen de loopvaardigheid pas één tot twee weken na de beroerte. “Patiënten die op dag twee een goede zitbalans hebben en weinig uitval van het aangedane been ervaren, hebben 98% kans om in de toekomst weer zelfstandig te kunnen lopen’, vond Veerbeek. ‘Patiënten met een slechte zitbalans en ernstige uitval van het aangedane been hebben 27% kans dit weer te kunnen doen. Wel is het belangrijk om herhaaldelijk metingen te verrichten, omdat er altijd een bepaalde foutmarge in de voorspelling zit.”
In hoeverre een patiënt in de toekomst weer alledaagse vaardigheden kan uitvoeren blijkt binnen drie dagen na de beroerte te kunnen worden voorspeld. Voorheen duurde dat ook zeven tot veertien dagen. De leeftijd van de patiënt en de mate van bepaalde neurologische functies – zoals verlamming van de arm – blijken daarin belangrijke voorspellers te zijn.
Intensief oefenen heeft zin
Veerbeek keek ook naar de effecten van fysiotherapie op het herstel. Fysiotherapie na een beroerte verbetert de vaardigheid die getraind wordt ook daadwerkelijk. Echter, door één vaardigheid te trainen verbetert een andere niet automatisch ook. “Trainen van de zitbalans verbetert bijvoorbeeld het zitten, maar de loopsnelheid niet”, stelt Veerbeek. Wereldwijd is er veel discussie over de intensiteit van het oefenen na een beroerte. Veerbeek toont op basis van een groot literatuuronderzoek aan dat patiënten per werkdag twintig minuten extra moeten oefenen om een beter resultaat met fysiotherapie te behalen, in vergelijking met patiënten die zich enkel aan de richtlijn van dertig minuten houden. “Het is voor het herstel na een beroerte daarom belangrijk dat patiënten de kans krijgen om intensief te oefenen.”
Doodsoorzaak nummer twee
Jaarlijks krijgen 45.000 mensen in Nederland een beroerte (CVA), de verzamelnaam voor een herseninfarct en een hersenbloeding. Wereldwijd is beroerte doodsoorzaak nummer twee en staat het wat betreft ziektelast op de derde plaats. Als het acute levensgevaar is geweken, leidt deze aandoening vaak tot chronische beperkingen die met fysiotherapie verbeterd kunnen worden. Met haar proefschrift geeft Veerbeek aanbevelingen voor de organisatie en inrichting van het zorg-/revalidatietraject na een beroerte, en voor het tijdig informeren van patiënten en hun naasten.
Lees de fysiotherapierichtlijn beroerte
Bron: VUmc