Een op de vijf patiënten komt via DTO

23

In de eerste drie maanden na invoering maakte 19% van de patiënten gebruik van de mogelijkheid om rechtstreeks naar de oefentherapeut te gaan. Niet alle patiëntengroepen blijken evenveel gebruik te maken van directe toegang.

- tekst gaat verder na deze advertentie -


FysioVacature, de vacaturesite voor de fysiotherapeut

Zo is 31% van de patiënten die zonder verwijzing komen jonger dan 19 jaar ten opzichte van 18% van de verwezen patiënten. 42% van alle patiënten die rechtstreeks komen, hebben hoger onderwijs gevolgd tegenover 26% van de verwezen patiënten. Ook de gemiddelde leeftijd verschilt tussen de groepen. Patiënten met een verwijzing zijn gemiddeld 41 jaar en patiënten zonder verwijzing 35 jaar.

Patiënten met rugklachten, lage rugpijn zonder uitstraling en verworven afwijkingen aan de wervelkolom komen relatief vaak rechtstreeks bij de oefentherapeut. Voor hoofdpijnklachten en hyperventilatie daarentegen gaan patiënten vaker eerst langs de (huis)arts.

Bijna 13% van de patiënten met kortdurende klachten komt rechtstreeks bij de oefentherapeut ten opzichte van 10% van de verwezen patiënten. Van de patiënten die zonder verwijzing komen heeft 52% van de patiënten al eerder paramedische zorg ontvangen. Bij patiënten met een verwijzing van de huisarts is dit percentage lager, namelijk 45%.

Oefentherapeut wordt niet vaker bezocht na invoering directe toegang
Bij de invoering van DTO was het totale aantal patiënten dat oefentherapie ontvangt een aandachtspunt. Dit was ook bij de invoering van DTF het geval, maar de verwachte toename van patiënten bleef toen uit. Ook de huidige gegevens laten geen statistisch significante verandering zien wat betreft het aantal aangemelde patiënten in het derde kwartaal van 2008 ten opzichte van hetzelfde kwartaal in 2007. Er lijkt zich vooralsnog juist een dalende trend af te tekenen voor zowel het aantal nieuw aangemelde patiënten bij de oefentherapeut als het aantal behandelingen dat wordt gegeven. Dit is al zichtbaar in de eerste twee kwartalen van 2008 ten opzichte van dezelfde periode in 2007.

Echter, er is variatie tussen de praktijken. Hoewel er voor alle praktijken samen een dalende trend zichtbaar is, is het aantal aanmeldingen van patiënten tussen 2007 en 2008 bij circa de helft van de praktijken gestegen. Het aantal behandelingen dat in 2008 heeft plaatsgevonden is, ondanks de gemiddelde afname, bij een derde van de praktijken groter dan in 2007.
3. Patiëntenpopulatie blijft gelijk na invoering directe toegang
Wat betreft geslacht, leeftijd en opleidingsniveau is de patiëntenpopulatie in het derde kwartaal van 2008 niet veranderd ten opzichte van het derde kwartaal van 2007. Ook de top 3 van meest voorkomende klachten, louter aan de wervelkolom, is niet gewijzigd. Daarnaast zijn er tussen 2007 en 2008 geen verschillen in de duur van klacht waarmee patiënten komen, het aandeel patiënten met recidiverende klachten en het percentage patiënten dat met eerdere zorg bij de oefentherapeut komt.

Beschouwing

Uit deze gegevens blijkt dat jonge, hoger opgeleide patiënten meer dan gemiddeld gebruik maken van de mogelijkheid om rechtstreeks de oefentherapeut te bezoeken. Daarnaast is een belangrijke uitkomst dat het aantal patiënten na invoering van DTO niet is toegenomen. Ook de patiëntenpopulatie is sindsdien niet gewijzigd. Deze bevindingen komen overeen met de gegevens over de eerste twee maanden na invoering van directe toegang voor de fysiotherapeuten. Het is nog te vroeg om conclusies te verbinden aan de schijnbare afname van het aantal patiënten en behandelingen in de eerste drie kwartalen van 2008 ten opzichte van 2007. Dit is een aandachtspunt voor toekomstig onderzoek.

Bij de oefentherapeut maken minder patiënten gebruik van de mogelijkheid tot directe toegang dan bij de fysiotherapeut. Dit ligt ook in de lijn der verwachting omdat oefentherapeuten minder acute klachten behandelen. Juist voor acute problemen maken veel patiënten gebruik van directe toegang bij de fysiotherapeut. Daarnaast kan het in enkele gevallen voorkomen dat DTO (nog) niet door de verzekeraar wordt vergoed.
Recent onderzoek laat zien dat het gebruik van directe toegang bij de fysiotherapeuten sinds de invoering is blijven stijgen. Vooralsnog is er geen reden aan te nemen dat dit voor de oefentherapeuten anders zal zijn. Ook zijn er naar verloop van tijd verschillen aangeduid tussen de behandelingen die fysiotherapeuten geven aan patiënten afhankelijk van de wijze van toegang. Het is daarom belangrijk de effecten van DTO ook op de langere termijn te blijven monitoren.

Download Factsheet (PDF)
Bron: NIVEL