In Zuidoost-Brabant staan 200 mensen met diabetes op het punt te starten met een speciaal maatwerkprogramma om meer te bewegen. Initiatiefnemers zijn zorgverzekeraar CZ, huisartsen en fysiotherapeuten aangesloten bij POZOB (Praktijkondersteuning Zuidoost-Brabant) en Fyzob (Fysiotherapie Zuidoost-Brabant). Het beweegprogramma DiaFyzob is onderdeel van de ketenzorg voor diabetici en richt zich op mensen die te weinig bewegen maar wel te motiveren zijn daar iets aan te doen.
In totaal kunnen aan de proef 400 mensen deelnemen. In het najaar van 2010 zal bekeken worden wat de resultaten van de begeleiding zijn. Het is bekend dat veel patiënten met diabetes erg weinig bewegen terwijl dit juist heel belangrijk is voor een beter bloedsuikergehalte, lager gewicht, vermindering van complicaties en een goede algehele conditie. DiaFyzob gaat aan de slag om meer bewegen in de praktijk daadwerkelijk mogelijk te maken. In het programma is speciale aandacht voor het feit dat het bewegen ook na de begeleiding door de deelnemers wordt volgehouden, want dat is juist vaak het probleem. ‘Het bewegen moet onderdeel worden van het dagelijks leven,’ aldus dr. Janneke Kaper van zorgverzekeraar CZ.
Volgens Arnold Romeijnders, huisarts en directeur van Pozob, gaat het bij diabetes vaak om mensen met meer dan één aandoening. In een intensief adviestraject leren ze welke soort beweging het best bij ze past. ‘De groep die zichzelf moeizaam tot bewegen kan zetten wordt intensief en vakkundig begeleid door de fysiotherapeuten van Fyzob,’ aldus Romeijnders. Volgens Hans van Hoof, fysiotherapeut en voorzitter Fyzob, is de Nederlandse Norm Gezond Bewegen uitgangspunt: ‘Patiënten die onder de norm zitten, en dus te weinig bewegen, komen ervoor in aanmerking. Einddoel is het halen van de norm en het creëren van blijvend bewegen met plezier. Sommigen mensen kunnen voldoende uit de voeten met een beweegadvies, maar velen zullen maanden persoonlijk begeleid en gestimuleerd moeten worden om goed te leren bewegen. Na onze begeleiding moeten deelnemers klaar zijn om zelfstandig, zonder onze steun, te blijven bewegen en sporten in bijvoorbeeld een sportschool.’
Bron: CZ