Veel mensen krijgen te maken met problemen bij het bewegen door ziektes als MS, cerebrale parese, beroerte en artrose die bewegingsmogelijkheden verminderen. Die bewegingsproblemen hebben bij iedere ziekte een andere oorzaak en vereisen dus een andere behandeling. De kersverse hoogleraar revalidatiegeneeskunde VUmc Vincent de Groot kiest voor therapie op maat. “We weten steeds beter hoe we mensen aan het lopen houden en weer aan het lopen krijgen na ziektes waarbij men eerder blijvend ‘van de been raakte’. Door ons te richten op bewegen, kunnen mensen ook blijvend zelfstandig functioneren en dat verhoogt hun autonomie.” Vincent de Groot spreekt donderdag 19 maart zijn oratie uit.
Op zoek naar ideale behandeling
De afdeling revalidatiegeneeskunde VUmc doet al jaren onderzoek naar afwijkend lopen en weet steeds beter hoe deze problemen precies ontstaan. Zo blijkt bij MS-patiënten dat de afzet bij het lopen in de loop van de ziekte steeds meer tekortschiet waardoor het lopen meer energie kost. Door speciale spalken rond de enkel is het mogelijk om het energieverbruik tijdens het lopen te verminderen, waardoor de patiënt weer makkelijker kan lopen. Toch blijkt dit nog niet de ideale behandeling te zijn. De Groot: “Door onderzoek te doen op een lopende band in ons speciale ‘virtual reality’ laboratorium kijken we of we door stimulatie van de kuitspieren met kleine stroomstootjes nog grotere verbeteringen kunnen bereiken. In dit zelfde laboratorium zoeken we ook naar verbeteringen bij patiënten met andere aandoeningen.“
Kinderen speelser en beter onderzocht
Op de afdeling van De Groot wordt ook veel onderzoek onder kinderen met cerebrale parese gedaan. Door de uitdagende omgevingen in het Virtual Reality laboratorium van VUmc wordt het oefenen van deze kinderen veel leuker en dus ook beter. Ook is het veel specifieker gericht op het probleem van deze kinderen. “We onderzoeken of we door een speciale behandeling de klachten kunnen verminderen. Het uiteindelijke doel is om heel exact vast te stellen wat er precies mis is en vervolgens een behandeling op maat aan te bieden.”
Bron: VUmc